Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Schwedisch ->übersetze knakker

übersetze knakker von Niederländische ins Schwedisch

Übersicht

Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten

knakker:
- man; typ; karl; kille; polare; grabb; kis

Niederländisch

Detailübersetzungen für knakker (Niederländisch) ins Schwedisch

knakker:

knakker [de ~ (m)] Nomen

de knakker (kerel; man; knul; vent; gozer; gast)
man; typ; karl
- man [-ett] Nomen
- typ [-en] Nomen
- karl [-en] Nomen
de knakker (gozer; knul; kerel; goser; vent)
kille; polare; grabb; kis
- kille [-en] Nomen
- polare Nomen
- grabb [-en] Nomen
- kis [-en] Nomen

Übersetzung Matrix für knakker:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
grabb	goser; gozer; kerel; knakker; knul; vent	heerschap; joch; jonge knaap; jongeling; jongeman; snuiter; sujet; vent
karl	gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent	heerschap; sujet; vent
kille	goser; gozer; kerel; knakker; knul; vent	baasje; joch; klein kereltje; snuiter
kis	goser; gozer; kerel; knakker; knul; vent
man	gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent	echtgenoot; echtgenote; eega; gade; gemalin; kerel; man; manen van een paard; manspersoon; vent; vrouw
polare	goser; gozer; kerel; knakker; knul; vent	boezemvriend; compagnon; gabber; gabbertje; genoot; gezel; hartsvriend; kameraad; kameraadje; kompaan; kornuit; maat; maatje; makker; makkertje; pal; spitsbroeder; vriend; vriendje
typ	gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent	aard; figuur; individu; klasse; onderverdeling; type

Verwandte Wörter für "knakker":

knakkers

Computerübersetzung von Drittern: