Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. instemmend:
  2. instemmen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für instemmend (Niederländisch) ins Schwedisch

instemmend:

instemmend Adjektiv

  1. instemmend (goedkeurend; toestemmend)

Übersetzung Matrix für instemmend:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
godkännande bijval; goedkeuring; goedkeuringsactiviteit; homologatie; instemming
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bifallande goedkeurend; instemmend; toestemmend
godkännande goedkeurend; instemmend; toestemmend

instemmend form of instemmen:

instemmen Verb (stem in, stemt in, stemde in, stemden in, ingestemd)

  1. instemmen (akkoord gaan)
    tillåta; bevilja
    • tillåta Verb (tillåter, tillåtit, tillät)
    • bevilja Verb (beviljar, beviljade, beviljat)
  2. instemmen (rugsteunen; bijvallen; steunen)
    hålla med; backa upp
    • hålla med Verb (håller med, höll med, hållit med)
    • backa upp Verb (backar upp, backade upp, backat upp)
  3. instemmen (akkoord gaan met)
    instämma
    • instämma Verb (instämmer, instämmde, instämmt)

Konjugationen für instemmen:

o.t.t.
  1. stem in
  2. stemt in
  3. stemt in
  4. stemmen in
  5. stemmen in
  6. stemmen in
o.v.t.
  1. stemde in
  2. stemde in
  3. stemde in
  4. stemden in
  5. stemden in
  6. stemden in
v.t.t.
  1. heb ingestemd
  2. hebt ingestemd
  3. heeft ingestemd
  4. hebben ingestemd
  5. hebben ingestemd
  6. hebben ingestemd
v.v.t.
  1. had ingestemd
  2. had ingestemd
  3. had ingestemd
  4. hadden ingestemd
  5. hadden ingestemd
  6. hadden ingestemd
o.t.t.t.
  1. zal instemmen
  2. zult instemmen
  3. zal instemmen
  4. zullen instemmen
  5. zullen instemmen
  6. zullen instemmen
o.v.t.t.
  1. zou instemmen
  2. zou instemmen
  3. zou instemmen
  4. zouden instemmen
  5. zouden instemmen
  6. zouden instemmen
en verder
  1. is ingestemd
diversen
  1. stem in!
  2. stemt in!
  3. ingestemd
  4. instemmend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

instemmen [znw.] Nomen

  1. instemmen

Übersetzung Matrix für instemmen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
instämmande instemmen
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
backa upp bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen
bevilja akkoord gaan; instemmen
hålla med bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen
instämma akkoord gaan met; instemmen bijvallen; dagen; gelijk geven; steunen; voor het gerecht dagen; voor het gerecht ontbieden; voor het gerecht roepen
tillåta akkoord gaan; instemmen dulden; duren; goed vinden; goedkeuren; goedvinden; gunnen; gunst verlenen; inwilligen; laten; permitteren; toekennen; toelaten; toestaan; toestemmen; vergunnen; verlenen; veroorloven

Wiktionary Übersetzungen für instemmen:


Cross Translation:
FromToVia
instemmen samtycka; [[ge sitt samtycke]] consent — to express willingness
instemmen samtycka acquiescersignaler son accord, répondre que l’on accepter la proposition de l’autre.