Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. daar:


Niederländisch

Detailed Synonyms for daar in Niederländisch

daar:

daar adv

  1. daar
    omdat; aangezien; daar
  2. daar
  3. daar
    aangezien; vermits; daar
  4. daar
    ginder; daar; daarginds; ginds
  5. daar
    daar; aldaar
  6. daar
    – het woord noemt een reden 1
    omdat; daar; aangezien
    – het woord noemt een reden 1
    • omdat
      • ik kan niet komen omdat Jan ziek is1
    • daar adv
      • daar ik hoofdpijn heb, wil ik nu gaan slapen1
    • aangezien
      • aangezien ik moe ben, ga ik nu slapen1
  7. daar
    – op die plaats 1
    daar
    – op die plaats 1
    • daar adv
      • daar ligt een boek1

Alternate Synonyms for "daar":


Verwandte Definitionen für "daar":

  1. het woord noemt een reden1
    • daar ik hoofdpijn heb, wil ik nu gaan slapen1
  2. op die plaats1
    • daar ligt een boek1

Related Synonyms for daar