Schwedisch
Detailübersetzungen für gräl (Schwedisch) ins Niederländisch
gräl:
-
gräl (dispyt; ordstrid)
het dispuut; de debat; de woordenwisseling; het geschil; redestrijd; de ruzie; het twistgesprek; de woordenstrijd; de twist; de redetwist -
gräl (dispyt; kontrovers; skiljaktlighet)
-
gräl
-
gräl (dispyt)