Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. veelvuldigheid:
  2. veelvuldig:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für veelvuldigheid (Niederländisch) ins Schwedisch

veelvuldigheid:

veelvuldigheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de veelvuldigheid
    antal; vanlighet; tät förekomst

Übersetzung Matrix für veelvuldigheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
antal veelvuldigheid aantal; afspeelteller; hoeveelheid; kwantiteit; kwantum; quantum; tiental
tät förekomst veelvuldigheid
vanlighet veelvuldigheid algemeenheid; alledaagsheid; gangbaarheid; gebruikelijkheid; gewoonheid; platitude

Verwandte Wörter für "veelvuldigheid":


veelvuldigheid form of veelvuldig:

veelvuldig adv

  1. veelvuldig (dikwijls; vaak; regelmatig; )
    frekvent

veelvuldig Adjektiv

  1. veelvuldig (herhaaldelijk; telkens; meermaals)

Übersetzung Matrix für veelvuldig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
frekvent dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig geregeld; met vast ritme; regelmatig
gång på gång herhaaldelijk; meermaals; telkens; veelvuldig

Verwandte Wörter für "veelvuldig":


Wiktionary Übersetzungen für veelvuldig:


Cross Translation:
FromToVia
veelvuldig vanlig; ofta förekommande; frekvent; ofta häufig — vielfach vorkommend, viele Male, immer wieder auftretend
veelvuldig frekvent; flitig fréquent — Qui se reproduire souvent.