Home
Wörterbücher
Word Fun
Über
Feedback
In Nederlands
Home
->
Wörterbücher
->
Niederländisch/Schwedisch
->übersetze strak
übersetze
strak
von Niederländische ins Schwedisch
Suche
Remove Ads
Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:
mehr Daten
strak:
åtsmitande
;
knapp
;
tight
;
stelnad
;
lugn
;
slätt
;
slät
;
mild
;
lugnt
;
jämnt
;
lent
;
milt
;
spänd
;
spänt
;
styvt
Wiktionary:
strak →
spänd
Niederländisch
Detailübersetzungen für
strak
(Niederländisch) ins Schwedisch
strak:
strak
Adjektiv
strak
(
nauwsluitend
;
nauw
)
åtsmitande
;
knapp
;
tight
åtsmitande
Adjektiv
knapp
Adjektiv
tight
Adjektiv
strak
(
star
;
verstard
)
stelnad
stelnad
Adjektiv
strak
(
vlak
;
effen
;
gelijk
;
egaal
;
glad
;
geslepen
;
plat
;
vlakuit
)
lugn
;
slätt
;
slät
;
mild
;
lugnt
;
jämnt
;
lent
;
milt
lugn
Adjektiv
slätt
Adjektiv
slät
Adjektiv
mild
Adjektiv
lugnt
Adjektiv
jämnt
Adjektiv
lent
Adjektiv
milt
Adjektiv
strak
(
strakgespannen
)
spänd
;
spänt
;
styvt
spänd
Adjektiv
spänt
Adjektiv
styvt
Adjektiv
Übersetzung Matrix für strak:
Noun
Verwandte Übersetzungen
Weitere Übersetzungen
knapp
drukkertje
;
knobbel
;
knoest
;
knop
;
knopje
;
kwast
;
overhemdsknoopje
;
schakelaar
;
schakelknop
lugn
vredelievendheid
;
vreedzaamheid
;
windstilte
Modifier
Verwandte Übersetzungen
Weitere Übersetzungen
jämnt
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
evenwichtig
;
in evenwicht
;
op rolletjes
;
quitte
knapp
nauw
;
nauwsluitend
;
strak
eng
;
nauw
;
smal
;
smalletjes
;
van geringe breedte
lent
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
smeuïg
lugn
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
beheerst
lugnt
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
amicaal
;
bedaard
;
beheerst
;
gedeisd
;
gelijkmoedig
;
gerust
;
kalm
;
kameraadschappelijk
;
rustig
;
rustigjes
;
stil
;
vriendschappelijk
mild
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
clement
;
goedhartig
;
mak
;
mild
;
welwillend
;
zacht
;
zachtaardig
milt
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
amicaal
;
clement
;
goedhartig
;
kameraadschappelijk
;
mak
;
mild
;
vriendschappelijk
;
welwillend
;
zacht
;
zachtaardig
slät
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
gelikt
;
gladjanusachtig
slätt
effen
;
egaal
;
gelijk
;
geslepen
;
glad
;
plat
;
strak
;
vlak
;
vlakuit
glad neerliggend
;
op rolletjes
;
rimpelloos
;
sluik
;
vlakte
spänd
strak
;
strakgespannen
spänt
strak
;
strakgespannen
gespannen
;
gestressd
;
opgejaagd
stelnad
star
;
strak
;
verstard
geronnen
;
gestold
;
gestremd
styvt
strak
;
strakgespannen
harkerig
;
houterig
;
stijf
;
stijfjes
;
stijve
;
stram
;
stroef
tight
nauw
;
nauwsluitend
;
strak
åtsmitande
nauw
;
nauwsluitend
;
strak
dicht op elkaar
Verwandte Wörter für "strak":
strakheid
,
strakst
,
strakste
Wiktionary Übersetzungen für
strak
:
Cross Translation:
From
To
Via
•
strak
→
spänd
↔
tense
— showing stress or strain
Computerübersetzung von Drittern:
Verwandte Übersetzungen für
strak
strak kijken
strak maken
strak zitten
Remove Ads
Remove Ads