Niederländisch
Detailübersetzungen für overweg kunnen (Niederländisch) ins Schwedisch
overweg kunnen:
-
overweg kunnen
Konjugationen für overweg kunnen:
o.t.t.
- kan overweg
- kunt overweg
- kan overweg
- kunnen overweg
- kunnen overweg
- kunnen overweg
o.v.t.
- kon overweg
- kon overweg
- kon overweg
- konden overweg
- konden overweg
- konden overweg
v.t.t.
- heb overweg gekund
- hebt overweg gekund
- heeft overweg gekund
- hebben overweg gekund
- hebben overweg gekund
- hebben overweg gekund
v.v.t.
- had overweg gekund
- had overweg gekund
- had overweg gekund
- hadden overweg gekund
- hadden overweg gekund
- hadden overweg gekund
o.t.t.t.
- zal overweg kunnen
- zult overweg kunnen
- zal overweg kunnen
- zullen overweg kunnen
- zullen overweg kunnen
- zullen overweg kunnen
o.v.t.t.
- zou overweg kunnen
- zou overweg kunnen
- zou overweg kunnen
- zouden overweg kunnen
- zouden overweg kunnen
- zouden overweg kunnen
diversen
- kan overweg!
- overweg gekund
- overweg kunnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für overweg kunnen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
komma vidare | overweg kunnen | |
komma överens | overweg kunnen | correct zijn; kloppen; ruzie bijleggen; schikken |