Niederländisch
Detailübersetzungen für opgezetheid (Niederländisch) ins Schwedisch
opgezetheid:
-
opgezetheid (gezwollenheid; opgeblazenheid)
Übersetzung Matrix für opgezetheid:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
omfång | gezwollenheid; opgeblazenheid; opgezetheid | aanzetsel; aanzetstuk; aanzetting; bereik; bereik met persoonlijke aanpassingen; levensduur; proportie; verhouding; zoekbereik |
utspändhet | gezwollenheid; opgeblazenheid; opgezetheid | |
utvidgning | gezwollenheid; opgeblazenheid; opgezetheid | aanzetsel; aanzetstuk; aanzetting; doortrekking; het groter worden; uitbouwingen; uitbreidingen; uitlegging; uitspreiding; uitzetten; verbreiding; vergroting; wijd worden |
vidd | gezwollenheid; opgeblazenheid; opgezetheid | breedheid; breedte; losheid; spanbreedte |