Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. doornemen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für doornemen (Niederländisch) ins Schwedisch

doornemen:

doornemen Verb (neem door, neemt door, nam door, namen door, doorgenomen)

  1. doornemen
    gå igenom
    • gå igenom Verb (går igenom, gick igenom, gått igenom)

Konjugationen für doornemen:

o.t.t.
  1. neem door
  2. neemt door
  3. neemt door
  4. nemen door
  5. nemen door
  6. nemen door
o.v.t.
  1. nam door
  2. nam door
  3. nam door
  4. namen door
  5. namen door
  6. namen door
v.t.t.
  1. heb doorgenomen
  2. hebt doorgenomen
  3. heeft doorgenomen
  4. hebben doorgenomen
  5. hebben doorgenomen
  6. hebben doorgenomen
v.v.t.
  1. had doorgenomen
  2. had doorgenomen
  3. had doorgenomen
  4. hadden doorgenomen
  5. hadden doorgenomen
  6. hadden doorgenomen
o.t.t.t.
  1. zal doornemen
  2. zult doornemen
  3. zal doornemen
  4. zullen doornemen
  5. zullen doornemen
  6. zullen doornemen
o.v.t.t.
  1. zou doornemen
  2. zou doornemen
  3. zou doornemen
  4. zouden doornemen
  5. zouden doornemen
  6. zouden doornemen
diversen
  1. neem door!
  2. neemt door!
  3. doorgenomen
  4. doornemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für doornemen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gå igenom doornemen binnen gaan; doorzoeken; erdoor gaan; inhalen; overheen gaan; passeren; penetreren; reviseren; voorbijgaan; voorbijrijden

Wiktionary Übersetzungen für doornemen:


Cross Translation:
FromToVia
doornemen upprepa répéterredire, dire ce qu’on a déjà dit soi-même.