Niederländisch
Detailübersetzungen für dik worden (Niederländisch) ins Schwedisch
dik worden:
Konjugationen für dik worden:
o.t.t.
- word dik
- wordt dik
- wordt dik
- worden dik
- worden dik
- worden dik
o.v.t.
- werd dik
- werd dik
- werd dik
- werden dik
- werden dik
- werden dik
v.t.t.
- ben dik geworden
- bent dik geworden
- is dik geworden
- zijn dik geworden
- zijn dik geworden
- zijn dik geworden
v.v.t.
- was dik geworden
- was dik geworden
- was dik geworden
- waren dik geworden
- waren dik geworden
- waren dik geworden
o.t.t.t.
- zal dik worden
- zult dik worden
- zal dik worden
- zullen dik worden
- zullen dik worden
- zullen dik worden
o.v.t.t.
- zou dik worden
- zou dik worden
- zou dik worden
- zouden dik worden
- zouden dik worden
- zouden dik worden
diversen
- word dik!
- wordt dik!
- dik geworden
- dik wordend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für dik worden:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
svälla upp | dik worden; opzwellen; uitdijen | opzwellen; zwellen |