Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. bezoektijd:


Niederländisch

Detailübersetzungen für bezoektijd (Niederländisch) ins Schwedisch

bezoektijd:

bezoektijd [de ~ (m)] Nomen

  1. de bezoektijd (bezoekuur)

Übersetzung Matrix für bezoektijd:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
besökstid bezoektijd; bezoekuur visite-uren
mottagningstid bezoektijd; bezoekuur

Verwandte Wörter für "bezoektijd":

  • bezoektijden