Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. vat:
  2. vatten:
  3. Wiktionary:
Schwedisch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. våt:
  2. övat:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für vat (Niederländisch) ins Schwedisch

vat:

vat [de ~ (m)] Nomen

  1. de vat (barrel; ton; fust; )
    hink; fat
    • hink [-en] Nomen
    • fat [-ett] Nomen

Übersetzung Matrix für vat:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fat bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat bassin; bekken; theeschoteltje; waterbekken
hink bak; barrel; emmer; fust; kuip; pot; teil; ton; vat schepemmers

Verwandte Wörter für "vat":


Verwandte Definitionen für "vat":

  1. ding waar je iets in kunt doen1
    • geef je het zoutvaatje even door?1
  2. ronde diepe bak waar je dingen in kunt bewaren1
    • deze zuurkool komt uit het vat1

Wiktionary Übersetzungen für vat:

vat
noun
  1. ronde ton waar allerhande vloeistoffen in opgeslagen worden

Cross Translation:
FromToVia
vat tunna barrel — round vessel made from staves bound with a hoop
vat tank; dyktub tank — closed container
vat behållare vessel — container
vat skål; stop; ; urna; kista; lår; färja bac — Traductions à trier suivant le sens
vat skål; stop; ; urna; kar baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
vat vas; kanna potvase de terre ou de métal servant à divers usages.
vat fat; ; tunna tonneau — Grand récipient de bois, de forme à peu près cylindrique, mais renfler dans son milieu, à fonds plats, qui est fait de planches ou douves arquer, maintenues par des cercles de fer, et qui sert à contenir des liquides ou certaines autres [[marchandi
vat kärl vaisseau — (vieilli) vase, ustensile, de toute matière, destiner à contenir des liquides.

vat form of vatten:

vatten Verb (vat, vatte, vatten, gevat)

  1. vatten (gevangennemen; aanhouden; arresteren; )
    tillfångata
    • tillfångata Verb (tillfångatar, tillfångatade, tillfångatat)
  2. vatten (grijpen; pakken; vangen; verstrikken; klauwen)
    gripa; fånga; ta fast
    • gripa Verb (griper, grep, gripit)
    • fånga Verb (fångar, fångade, fångat)
    • ta fast Verb (tar fast, tog fast, tagit fast)
  3. vatten (vastpakken; grijpen; beetgrijpen; )
    ta tag i; gripa tag i; fatta tag i
    • ta tag i Verb (tar tag i, tog tag i, tagit tag i)
    • gripa tag i Verb (griper tag i, grep tag i, gripit tag i)
    • fatta tag i Verb (fattar tag i, fattade tag i, fattat tag i)

Konjugationen für vatten:

o.t.t.
  1. vat
  2. vat
  3. vat
  4. vatten
  5. vatten
  6. vatten
o.v.t.
  1. vatte
  2. vatte
  3. vatte
  4. vatten
  5. vatten
  6. vatten
v.t.t.
  1. heb gevat
  2. hebt gevat
  3. heeft gevat
  4. hebben gevat
  5. hebben gevat
  6. hebben gevat
v.v.t.
  1. had gevat
  2. had gevat
  3. had gevat
  4. hadden gevat
  5. hadden gevat
  6. hadden gevat
o.t.t.t.
  1. zal vatten
  2. zult vatten
  3. zal vatten
  4. zullen vatten
  5. zullen vatten
  6. zullen vatten
o.v.t.t.
  1. zou vatten
  2. zou vatten
  3. zou vatten
  4. zouden vatten
  5. zouden vatten
  6. zouden vatten
en verder
  1. ben gevat
  2. bent gevat
  3. is gevat
  4. zijn gevat
  5. zijn gevat
  6. zijn gevat
diversen
  1. vat!
  2. vat!
  3. gevat
  4. vattend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

vatten [znw.] Nomen

  1. vatten (begrijpen; snappen)

Übersetzung Matrix für vatten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
förstående begrijpen; snappen; vatten begrijpen; inzicht
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fatta tag i aanpakken; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; grijpen; vastgrijpen; vastnemen; vastpakken; vatten
fånga grijpen; klauwen; pakken; vangen; vatten; verstrikken aanhouden; aanklampen; arresteren; beetgrijpen; beetpakken; betrappen; buitmaken; gevangennemen; grijpen; heroveren; inpakken; inpalmen; inrekenen; naar zich toe trekken; oppakken; opvangen; snappen; vangen; vastklampen; vastpakken; wat neervalt opvangen
gripa grijpen; klauwen; pakken; vangen; vatten; verstrikken aanhouden; arresteren; buitmaken; gevangennemen; iets bemachtigen; inrekenen; oppakken; te pakken krijgen; vangen; verkrijgen
gripa tag i aanpakken; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; grijpen; vastgrijpen; vastnemen; vastpakken; vatten
ta fast grijpen; klauwen; pakken; vangen; vatten; verstrikken
ta tag i aanpakken; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; grijpen; vastgrijpen; vastnemen; vastpakken; vatten
tillfångata aanhouden; arresteren; gevangennemen; in hechtenis nemen; inrekenen; oppakken; vatten
- begrijpen; snappen; verstaan
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
förstående begrepen; erkend; gerenommeerd; vol begrip

Verwandte Wörter für "vatten":


Synonyms for "vatten":


Verwandte Definitionen für "vatten":

  1. het kunnen volgen met je verstand1
    • ik kan jou niet vatten1
  2. vastpakken1
    • ik vatte hem in zijn kraag1

Wiktionary Übersetzungen für vatten:


Cross Translation:
FromToVia
vatten greppa; förstå apprehend — to understand; to recognize
vatten fånga arrest — to seize attention of
vatten gripa arrest — to take into legal custody
vatten gripa tag i; fatta tag i; haka tag i; fastna i erfassen — (transitiv) ergreifen, mitreißen
vatten fånga capturers’emparer d’un être vivant ou d’une chose.

Verwandte Übersetzungen für vat



Schwedisch

Detailübersetzungen für vat (Schwedisch) ins Niederländisch

våt:

våt Adjektiv

  1. våt (regning; fuktigt; regningt)
    nat; regenachtig; met neerslag

Übersetzung Matrix für våt:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
nat vätska
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
nat fuktigt; regning; regningt; våt blöt; fuktigt
regenachtig fuktigt; regning; regningt; våt
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
met neerslag fuktigt; regning; regningt; våt

Synonyms for "våt":


Wiktionary Übersetzungen für våt:


Cross Translation:
FromToVia
våt nat; vochtig wet — of an object: covered with or impregnated with liquid
våt nat wet — made of liquid or moisture
våt klam; mottig; vochtig humide — Qui tenir de la nature de l’eau. Il ne s’emploie guère qu’en poésie.

övat:

övat Adjektiv

  1. övat (kompetent; utbildad; tränat; )
    bevoegd

Übersetzung Matrix für övat:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bevoegd auktoriserat; kompetent; skickligt; tränat; utbildad; utbildat; övad; övat

Verwandte Übersetzungen für vat