Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze dronken

Synonyms for "dronken" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

dronken:
- dronken; beschonken; ladderzat; zat; bezopen; aangeschoten; beneveld
dronk:
- slok; dronk; teug

Niederländisch

Detailed Synonyms for dronken in Niederländisch

dronken:

dronken Adjektiv

dronken
dronken; beschonken; ladderzat; zat; bezopen
- dronken Adjektiv
- beschonken Adjektiv
- ladderzat Adjektiv
- zat Adjektiv
- bezopen Adjektiv
dronken
aangeschoten; beneveld; beschonken; dronken
- aangeschoten Adjektiv
- beneveld Adjektiv
- beschonken Adjektiv
- dronken Adjektiv
dronken

– onder invloed van alcohol zodat je niet meer helder kunt denken ¹
dronken; zat
– onder invloed van alcohol zodat je niet meer helder kunt denken ¹
- dronken Adjektiv
  - na twintig biertjes was hij dronken¹
- zat Adjektiv
  - hij is elke zaterdagavond zat¹

Verwandte Wörter für "dronken":

dronkenst, dronkenste, dronk

Alternate Synonyms for "dronken":

beschonken; zat

Antonyme für "dronken":

nuchter

Verwandte Definitionen für "dronken":

onder invloed van alcohol zodat je niet meer helder kunt denken¹
- na twintig biertjes was hij dronken¹

dronk:

dronk [de ~ (m)] Nomen

de dronk
de slok; de dronk; de teug
- slok [de ~ (m)] Nomen
- dronk [de ~ (m)] Nomen
- teug [de ~] Nomen

Verwandte Wörter für "dronk":

dronken

Related Synonyms for dronken

dronken maken

¹Muiswerk Woordenboek