Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. heimelijk lachen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für heimelijk lachen (Niederländisch) ins Französisch

heimelijk lachen:

heimelijk lachen Verb (lach heimelijk, lacht heimelijk, lachte heimelijk, lachten heimelijk, heimelijk gelachen)

  1. heimelijk lachen
    ricaner; rire dans sa barbe; rire dans la barbe; rire en sourdine
    • ricaner Verb (ricane, ricanes, ricanons, ricanez, )

Konjugationen für heimelijk lachen:

o.t.t.
  1. lach heimelijk
  2. lacht heimelijk
  3. lacht heimelijk
  4. lachen heimelijk
  5. lachen heimelijk
  6. lachen heimelijk
o.v.t.
  1. lachte heimelijk
  2. lachte heimelijk
  3. lachte heimelijk
  4. lachten heimelijk
  5. lachten heimelijk
  6. lachten heimelijk
v.t.t.
  1. heb heimelijk gelachen
  2. hebt heimelijk gelachen
  3. heeft heimelijk gelachen
  4. hebben heimelijk gelachen
  5. hebben heimelijk gelachen
  6. hebben heimelijk gelachen
v.v.t.
  1. had heimelijk gelachen
  2. had heimelijk gelachen
  3. had heimelijk gelachen
  4. hadden heimelijk gelachen
  5. hadden heimelijk gelachen
  6. hadden heimelijk gelachen
o.t.t.t.
  1. zal heimelijk lachen
  2. zult heimelijk lachen
  3. zal heimelijk lachen
  4. zullen heimelijk lachen
  5. zullen heimelijk lachen
  6. zullen heimelijk lachen
o.v.t.t.
  1. zou heimelijk lachen
  2. zou heimelijk lachen
  3. zou heimelijk lachen
  4. zouden heimelijk lachen
  5. zouden heimelijk lachen
  6. zouden heimelijk lachen
diversen
  1. lach heimelijk!
  2. lacht heimelijk!
  3. heimelijk gelachen
  4. heimelijk lachend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für heimelijk lachen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ricaner heimelijk lachen giechelen; ginnegappen; gniffelen; gnuiven; grinniken; meesmuilen; proesten; spottend glimlachen
rire dans la barbe heimelijk lachen fijntjes lachen; gnuiven
rire dans sa barbe heimelijk lachen fijntjes lachen; ginnegappen; gniffelen; gnuiven; grinniken
rire en sourdine heimelijk lachen ginnegappen; gniffelen; gnuiven; grinniken; proesten

Verwandte Übersetzungen für heimelijk lachen