Niederländisch
Detailübersetzungen für dichtgespen (Niederländisch) ins Französisch
dichtgespen:
-
dichtgespen (dichtsnoeren; toegespen)
boucler; attacher; fixer-
boucler Verb (boucle, boucles, bouclons, bouclez, bouclent, bouclais, bouclait, bouclions, boucliez, bouclaient, bouclai, bouclas, boucla, bouclâmes, bouclâtes, bouclèrent, bouclerai, boucleras, bouclera, bouclerons, bouclerez, boucleront)
-
attacher Verb (attache, attaches, attachons, attachez, attachent, attachais, attachait, attachions, attachiez, attachaient, attachai, attachas, attacha, attachâmes, attachâtes, attachèrent, attacherai, attacheras, attachera, attacherons, attacherez, attacheront)
-
fixer Verb (fixe, fixes, fixons, fixez, fixent, fixais, fixait, fixions, fixiez, fixaient, fixai, fixas, fixa, fixâmes, fixâtes, fixèrent, fixerai, fixeras, fixera, fixerons, fixerez, fixeront)
-
Konjugationen für dichtgespen:
o.t.t.
- gesp dicht
- gespt dicht
- gespt dicht
- gespen dicht
- gespen dicht
- gespen dicht
o.v.t.
- gespte dicht
- gespte dicht
- gespte dicht
- gespten dicht
- gespten dicht
- gespten dicht
v.t.t.
- heb dichtgegespt
- hebt dichtgegespt
- heeft dichtgegespt
- hebben dichtgegespt
- hebben dichtgegespt
- hebben dichtgegespt
v.v.t.
- had dichtgegespt
- had dichtgegespt
- had dichtgegespt
- hadden dichtgegespt
- hadden dichtgegespt
- hadden dichtgegespt
o.t.t.t.
- zal dichtgespen
- zult dichtgespen
- zal dichtgespen
- zullen dichtgespen
- zullen dichtgespen
- zullen dichtgespen
o.v.t.t.
- zou dichtgespen
- zou dichtgespen
- zou dichtgespen
- zouden dichtgespen
- zouden dichtgespen
- zouden dichtgespen
en verder
- is dichtgegespt
- zijn dichtgegespt
diversen
- gesp dicht!
- gespt dicht!
- dichtgegespt
- dichtgespend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
dichtgespen (dichtsnoeren)