Niederländisch
Detailübersetzungen für besnuffelen (Niederländisch) ins Französisch
besnuffelen:
-
besnuffelen (besniffelen)
renifler; flairer; fureter-
renifler Verb (renifle, renifles, reniflons, reniflez, reniflent, reniflais, reniflait, reniflions, renifliez, reniflaient, reniflai, reniflas, renifla, reniflâmes, reniflâtes, reniflèrent, reniflerai, renifleras, reniflera, reniflerons, reniflerez, renifleront)
-
flairer Verb (flaire, flaires, flairons, flairez, flairent, flairais, flairait, flairions, flairiez, flairaient, flairai, flairas, flaira, flairâmes, flairâtes, flairèrent, flairerai, flaireras, flairera, flairerons, flairerez, flaireront)
-
fureter Verb (furète, furètes, furetons, furetez, furètent, furetais, furetait, furetions, furetiez, furetaient, furetai, furetas, fureta, furetâmes, furetâtes, furetèrent, furèterai, furèteras, furètera, furèterons, furèterez, furèteront)
-
Konjugationen für besnuffelen:
o.t.t.
- besnuffel
- besnuffelt
- besnuffelt
- besnuffelen
- besnuffelen
- besnuffelen
o.v.t.
- besnuffelde
- besnuffelde
- besnuffelde
- besnuffelden
- besnuffelden
- besnuffelden
v.t.t.
- heb besnuffeld
- hebt besnuffeld
- heeft besnuffeld
- hebben besnuffeld
- hebben besnuffeld
- hebben besnuffeld
v.v.t.
- had besnuffeld
- had besnuffeld
- had besnuffeld
- hadden besnuffeld
- hadden besnuffeld
- hadden besnuffeld
o.t.t.t.
- zal besnuffelen
- zult besnuffelen
- zal besnuffelen
- zullen besnuffelen
- zullen besnuffelen
- zullen besnuffelen
o.v.t.t.
- zou besnuffelen
- zou besnuffelen
- zou besnuffelen
- zouden besnuffelen
- zouden besnuffelen
- zouden besnuffelen
diversen
- besnuffel!
- besnuffelt!
- besnuffeld
- besnuffelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für besnuffelen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
flairer | besniffelen; besnuffelen | lucht krijgen van; naspeuring doen; rechercheren; snuffelen; snuffelen aan; snuffen; speuren |
fureter | besniffelen; besnuffelen | graaien; grabbelen; naspeuring doen; neuzen; om zich heen kijken; rechercheren; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; scharrelen van kip; snuffelen; snuffen; speuren; struinen; verdwaald zijn |
renifler | besniffelen; besnuffelen | een loopneus hebben; een snuif nemen; hinniken; iets ophalen; insnuiven; inzuigen; naar binnen zuigen; naspeuring doen; neus ophalen; opsnuiven; paardegeluid maken; rechercheren; sniffelen; snuffelen; snuffen; snuiven; speuren |