Niederländisch
Detailübersetzungen für aandringen (Niederländisch) ins Französisch
aandringen:
-
aandringen (aanhouden; op iets aandringen)
insister sur qc; presser; imposer; pousser-
insister sur qc Verb
-
presser Verb (presse, presses, pressons, pressez, pressent, pressais, pressait, pressions, pressiez, pressaient, pressai, pressas, pressa, pressâmes, pressâtes, pressèrent, presserai, presseras, pressera, presserons, presserez, presseront)
-
imposer Verb (impose, imposes, imposons, imposez, imposent, imposais, imposait, imposions, imposiez, imposaient, imposai, imposas, imposa, imposâmes, imposâtes, imposèrent, imposerai, imposeras, imposera, imposerons, imposerez, imposeront)
-
pousser Verb (pousse, pousses, poussons, poussez, poussent, poussais, poussait, poussions, poussiez, poussaient, poussai, poussas, poussa, poussâmes, poussâtes, poussèrent, pousserai, pousseras, poussera, pousserons, pousserez, pousseront)
-
-
aandringen
insister; pousser; solliciter-
insister Verb (insiste, insistes, insistons, insistez, insistent, insistais, insistait, insistions, insistiez, insistaient, insistai, insistas, insista, insistâmes, insistâtes, insistèrent, insisterai, insisteras, insistera, insisterons, insisterez, insisteront)
-
pousser Verb (pousse, pousses, poussons, poussez, poussent, poussais, poussait, poussions, poussiez, poussaient, poussai, poussas, poussa, poussâmes, poussâtes, poussèrent, pousserai, pousseras, poussera, pousserons, pousserez, pousseront)
-
solliciter Verb (sollicite, sollicites, sollicitons, sollicitez, sollicitent, sollicitais, sollicitait, sollicitions, sollicitiez, sollicitaient, sollicitai, sollicitas, sollicita, sollicitâmes, sollicitâtes, sollicitèrent, solliciterai, solliciteras, sollicitera, solliciterons, solliciterez, solliciteront)
-
-
aandringen (zeuren; drammen; doordrukken; doordrammen)
barber; raser; casser les pieds; assommer-
barber Verb
-
raser Verb (rase, rases, rasons, rasez, rasent, rasais, rasait, rasions, rasiez, rasaient, rasai, rasas, rasa, rasâmes, rasâtes, rasèrent, raserai, raseras, rasera, raserons, raserez, raseront)
-
casser les pieds Verb
-
assommer Verb (assomme, assommes, assommons, assommez, assomment, assommais, assommait, assommions, assommiez, assommaient, assommai, assommas, assomma, assommâmes, assommâtes, assommèrent, assommerai, assommeras, assommera, assommerons, assommerez, assommeront)
-
Konjugationen für aandringen:
o.t.t.
- dring aan
- dringt aan
- dringt aan
- dringen aan
- dringen aan
- dringen aan
o.v.t.
- drong aan
- drong aan
- drong aan
- drongen aan
- drongen aan
- drongen aan
v.t.t.
- heb aangedrongen
- hebt aangedrongen
- heeft aangedrongen
- hebben aangedrongen
- hebben aangedrongen
- hebben aangedrongen
v.v.t.
- had aangedrongen
- had aangedrongen
- had aangedrongen
- hadden aangedrongen
- hadden aangedrongen
- hadden aangedrongen
o.t.t.t.
- zal aandringen
- zult aandringen
- zal aandringen
- zullen aandringen
- zullen aandringen
- zullen aandringen
o.v.t.t.
- zou aandringen
- zou aandringen
- zou aandringen
- zouden aandringen
- zouden aandringen
- zouden aandringen
diversen
- dring aan!
- dringt aan!
- aangedrongen
- aandringende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für aandringen:
Wiktionary Übersetzungen für aandringen:
aandringen
verb
aandringen
-
doorgaan met verzoeken
- aandringen → insister
verb
-
exercer une pression, serrer plus ou moins fort.