Übersicht
Niederländisch
Detailübersetzungen für doorstrepen (Niederländisch) ins Französisch
doorstrepen:
-
doorstrepen
barrer; biffer; rayer-
barrer Verb (barre, barres, barrons, barrez, barrent, barrais, barrait, barrions, barriez, barraient, barrai, barras, barra, barrâmes, barrâtes, barrèrent, barrerai, barreras, barrera, barrerons, barrerez, barreront)
-
biffer Verb (biffe, biffes, biffons, biffez, biffent, biffais, biffait, biffions, biffiez, biffaient, biffai, biffas, biffa, biffâmes, biffâtes, biffèrent, bifferai, bifferas, biffera, bifferons, bifferez, bifferont)
-
rayer Verb (raye, rayes, rayons, rayez, rayent, rayais, rayait, rayions, rayiez, rayaient, rayai, rayas, raya, rayâmes, rayâtes, rayèrent, rayerai, rayeras, rayera, rayerons, rayerez, rayeront)
-
Konjugationen für doorstrepen:
o.t.t.
- streep door
- streept door
- streept door
- strepen door
- strepen door
- strepen door
o.v.t.
- streepte door
- streepte door
- streepte door
- streepten door
- streepten door
- streepten door
v.t.t.
- heb doorgestreept
- hebt doorgestreept
- heeft doorgestreept
- hebben doorgestreept
- hebben doorgestreept
- hebben doorgestreept
v.v.t.
- had doorgestreept
- had doorgestreept
- had doorgestreept
- hadden doorgestreept
- hadden doorgestreept
- hadden doorgestreept
o.t.t.t.
- zal doorstrepen
- zult doorstrepen
- zal doorstrepen
- zullen doorstrepen
- zullen doorstrepen
- zullen doorstrepen
o.v.t.t.
- zou doorstrepen
- zou doorstrepen
- zou doorstrepen
- zouden doorstrepen
- zouden doorstrepen
- zouden doorstrepen
en verder
- ben doorgestreept
- bent doorgestreept
- is doorgestreept
- zijn doorgestreept
- zijn doorgestreept
- zijn doorgestreept
diversen
- streep door!
- streept door!
- doorgestreept
- doorstrepend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für doorstrepen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
barrer | doorstrepen | afbakenen; afpalen; afsluiten; afzetten; barricaderen; begrenzen; beperken; blokkeren; dwarsbomen; dwarsliggen; indammen; inkapselen; inperken; kruisen; laveren; limiteren; naar einde toewerken; omlijnen; stremmen; tegen de wind in varen; tegenwerken; versperren |
biffer | doorstrepen | doorhalen; schrappen |
rayer | doorstrepen | bekrassen; belijnen; diskwalificeren; doorhalen; iemand schrappen; liniëren; royeren; schrappen; strepen; strepen trekken; uitsluiten; van lijnen voorzien |