Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. wazig:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für wazig (Niederländisch) ins Spanisch

wazig:

wazig Adjektiv

  1. wazig (onduidelijk; vaag; flauw; )
    vago; borroso; insulso; descolorido; indefinido; confuso
  2. wazig (mistig; onhelder; nevelig; nevelachtig)
    nebuloso; vago; humeante; brumoso
  3. wazig (troebel; beneveld)
    vago; borroso
  4. wazig (vaag zichtbaar; vaag)
    nebuloso; borroso; opaco
  5. wazig (uitdrukkingsloos; leeg; nietszeggend; glazig; wezenloos)

Übersetzung Matrix für wazig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
borroso drab; droesem; grondsoppen
vago arbeidsschuw; flierefluiter; klooier; lanterfant; lanterfanter; lapzwans; leegloper; luiaard; luilak; luiwammes; slampamper
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
borroso beneveld; flauw; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; troebel; vaag; vaag zichtbaar; vagelijk; wazig dreigend; eng; heiig; schemerig; schimmig; vervaagd; weggezakt in het geheugen
brumoso mistig; nevelachtig; nevelig; onhelder; wazig
confuso flauw; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; vaag; vagelijk; wazig achterlijk; bedeesd; beduusd; beschroomd; beteuterd; bleu; diffuus; geestelijk verward; gek; geschift; geschokt; gestoord; getroffen; idioot; idioterig; in de war; krankjorum; krankzinnig; maf; mesjogge; niet doorzichtig; niet duidelijk; niet goed snik; niet helder; onbepaald; ondersteboven; ondoorzichtig; onduidelijk; onhelder; onklaar; onoverzichtelijk; onthutst; ontredderd; ontsteld; ontzet; paf; perplex; schroomvallig; schuchter; stupide; timide; troebel; vaag; vaag waarneembaar; van streek; verlegen; verward; wollig; zot
descolorido flauw; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; vaag; vagelijk; wazig bleek; flauw; flets; grauw; kleurloos; pips; vaal; verschoten
humeante mistig; nevelachtig; nevelig; onhelder; wazig damp uitwasemend; dampig; walmend
indefinido flauw; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; vaag; vagelijk; wazig niet duidelijk; niet helder; niet zeker; onbepaald; onbestemd; onduidelijk; ongewis; onhelder; onklaar; onvast; troebel; vaag
inexpresivo glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos
insulso flauw; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; vaag; vagelijk; wazig afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; slap; suf; vervelend; waterachtig; waterig
nebuloso mistig; nevelachtig; nevelig; onhelder; vaag; vaag zichtbaar; wazig dampachtig; dampig; heiig
opaco vaag; vaag zichtbaar; wazig gematteerd; gesluierd; heiig; lichtdicht; mat; omfloerst; ondoorzichtelijk; onduidelijk; wollig
vago beneveld; flauw; mistig; nevelachtig; nevelig; onduidelijk; onhelder; troebel; vaag; vagelijk; wazig bleek; dreigend; duister; eng; flauw; flets; heiig; huiveringwekkend; louche; luguber; lui; niet doorzichtig; niet duidelijk; niet helder; niet zeker; niets doend; onbepaald; onbestemd; onbetrouwbaar; ondoorzichtig; onduidelijk; ongewis; onguur; onheilspellend; onhelder; onklaar; onoverzichtelijk; onvast; schemerig; schimmig; sinister; troebel; vaag; verdacht; verschoten; wollig

Verwandte Wörter für "wazig":

  • wazigheid, waziger, wazigere, wazigst, wazigste, wazige

Wiktionary Übersetzungen für wazig:


Cross Translation:
FromToVia
wazig borroso blurry — Not clear, crisp, or focused; having fuzzy edges
wazig neblinoso; brumoso; nebuloso dunstig — leicht neblig, trüb

Computerübersetzung von Drittern: