Übersicht
Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten
- verschillen:
-
Wiktionary:
- verschillen → distinguirse, diferir, aplazar
Niederländisch
Detailübersetzungen für verschillen (Niederländisch) ins Spanisch
verschillen:
-
verschillen (afwijken)
diferir; desviarse de; ser diferente; ser distinto; diferenciarse; apartarse-
diferir Verb
-
desviarse de Verb
-
ser diferente Verb
-
ser distinto Verb
-
diferenciarse Verb
-
apartarse Verb
-
-
verschillen (uiteenlopen; variëren; veranderen; afwisselen; wisselen)
-
verschillen (verschil maken; schelen)
diferenciar; variar; ser distinto; ser diferente-
diferenciar Verb
-
variar Verb
-
ser distinto Verb
-
ser diferente Verb
-
Konjugationen für verschillen:
o.t.t.
- verschil
- verschilt
- verschilt
- verschillen
- verschillen
- verschillen
o.v.t.
- verschilde
- verschilde
- verschilde
- verschilden
- verschilden
- verschilden
v.t.t.
- heb verschild
- hebt verschild
- heeft verschild
- hebben verschild
- hebben verschild
- hebben verschild
v.v.t.
- had verschild
- had verschild
- had verschild
- hadden verschild
- hadden verschild
- hadden verschild
o.t.t.t.
- zal verschillen
- zult verschillen
- zal verschillen
- zullen verschillen
- zullen verschillen
- zullen verschillen
o.v.t.t.
- zou verschillen
- zou verschillen
- zou verschillen
- zouden verschillen
- zouden verschillen
- zouden verschillen
diversen
- verschil!
- verschilt!
- verschild
- verschillend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het verschillen (schelen)
Übersetzung Matrix für verschillen:
Antonyme für "verschillen":
Verwandte Definitionen für "verschillen":
Wiktionary Übersetzungen für verschillen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verschillen | → distinguirse | ↔ unterscheiden — (reflexiv) sich (von etwas/ jemandem) unterscheiden: anders sein (als etwas/ jemand) |
• verschillen | → diferir; aplazar | ↔ différer — Traductions à trier suivant le sens |