Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. toegangen:
  2. toegang:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für toegangen (Niederländisch) ins Spanisch

toegangen:

toegangen [de ~] Nomen, Plural

  1. de toegangen
    la entradas

Übersetzung Matrix für toegangen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
entradas toegangen aanbetalingen; arbeidsinkomen; inkomen; inkomen uit onderneming; inkomsten; kaartjes; loon; ontvangstbewijs; ontvangsten; reçu; salaris; verdiensten

Verwandte Wörter für "toegangen":


toegangen form of toegang:

toegang [de ~ (m)] Nomen

  1. de toegang (entree; ingang; inlaat)
    la entrada; el acceso
  2. de toegang
    el acceso

Übersetzung Matrix für toegang:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
acceso entree; ingang; inlaat; toegang entree; hal; inrit; opgang; oprijlaan; oprit; portaal; toelating; trap; vestibule; voorportaal
entrada entree; ingang; inlaat; toegang aanbetaling; aankomst; binnenkomst; boeking; deur; entree; hal; hoofdwoord; huisdeur; inkomst; inrit; inschrijving; intocht; intrede; invaart; inval; invasie; invoer; komst; lemma; oprijlaan; oprit; plaatsing van artikel; politie-inval; portaal; schouwburgkaartje; toelating; vermelding; vestibule; voorportaal

Verwandte Wörter für "toegang":


Wiktionary Übersetzungen für toegang:

toegang
noun
  1. plaats waarlangs men ergens binnen kan gaan

Cross Translation:
FromToVia
toegang acceso access — way or means of approaching
toegang acceso; entrada entry — permission to enter
toegang encuentro; relación; acuerdo; entrada; acceso; aceptación; admisión abord — (vieilli) action d’arriver au bord, de toucher le rivage.
toegang entrada; acceso; acometida; agresión; ataque accès — Action, endroit, ou facilité plus ou moins grande d’accéder dans un lieu, physique ou virtuel.
toegang entrada entréeendroit par où l’on entrer dans un lieu.