Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. scheefheid:
  2. scheef:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für scheefheid (Niederländisch) ins Spanisch

scheefheid:


scheef:

scheef Adjektiv

  1. scheef (schuin; dwars)
    sesgado; oblicuo; ladeado; torcido; oblicuamente
  2. scheef (asymmetrisch)

Übersetzung Matrix für scheef:

Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
distorción asymmetrisch; scheef
sesgado asymmetrisch; scheef
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ladeado dwars; scheef; schuin hellend; obsceen; schuin; schuin aflopend; steil; vies; vunzig; zedeloos
oblicuamente dwars; scheef; schuin hellend; schuin aflopend; steil
oblicuo dwars; scheef; schuin hellend; schuin aflopend; steil
sesgado dwars; scheef; schuin hellend; schuin aflopend; steil
torcido dwars; scheef; schuin gebogen; gedraaid; gekromd; gekronkeld; geslingerd; hellend; krom; schuin aflopend; slingerend; steil; verbogen; verdraaid; verwrongen

Verwandte Wörter für "scheef":


Antonyme für "scheef":


Verwandte Definitionen für "scheef":

  1. niet evenwijdig met iets anders1
    • de plaat hangt scheef aan de wand1
  2. niet zoals het moet, onjuist1
    • dat is een scheve voorstelling van zaken1

Wiktionary Übersetzungen für scheef:

scheef
adjective
  1. niet recht, niet onder een rechte hoek

Cross Translation:
FromToVia
scheef oblicuo; torcido askew — turned or twisted to one side
scheef desigual; desequilibrado lopsided — not balanced
scheef asimétrico; oblicuo skew — neither perpendicular nor parallel