Übersicht
Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten
- pijn doen:
-
User Contributed Translations for pijn doen:
- duele
Niederländisch
Detailübersetzungen für pijn doen (Niederländisch) ins Spanisch
pijn doen:
-
pijn doen (grieven; kwetsen; krenken; zeer doen)
doler; dañar; hacer daño a una persona; herir; ofender; agraviar; causar perjuicio; perjudicar; injuriar; hacer mal-
doler Verb
-
dañar Verb
-
herir Verb
-
ofender Verb
-
agraviar Verb
-
causar perjuicio Verb
-
perjudicar Verb
-
injuriar Verb
-
hacer mal Verb
-
-
pijn doen (verwonden; zeer doen; pijn bezorgen)
-
pijn doen (zeer doen; knauwen; pijn bezorgen)
Konjugationen für pijn doen:
o.t.t.
- doe pijn
- doet pijn
- doet pijn
- doen pijn
- doen pijn
- doen pijn
o.v.t.
- deed pijn
- deed pijn
- deed pijn
- deden pijn
- deden pijn
- deden pijn
v.t.t.
- heb pijn gedaan
- hebt pijn gedaan
- heeft pijn gedaan
- hebben pijn gedaan
- hebben pijn gedaan
- hebben pijn gedaan
v.v.t.
- had pijn gedaan
- had pijn gedaan
- had pijn gedaan
- hadden pijn gedaan
- hadden pijn gedaan
- hadden pijn gedaan
o.t.t.t.
- zal pijn doen
- zult pijn doen
- zal pijn doen
- zullen pijn doen
- zullen pijn doen
- zullen pijn doen
o.v.t.t.
- zou pijn doen
- zou pijn doen
- zou pijn doen
- zouden pijn doen
- zouden pijn doen
- zouden pijn doen
diversen
- doe pijn!
- doet pijn!
- pijn gedaan
- pijn doend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze