Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. meetellen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für meetellen (Niederländisch) ins Spanisch

meetellen:

meetellen Verb (tel mee, telt mee, telde mee, telden mee, meegeteld)

  1. meetellen (erbij rekenen; meerekenen)
  2. meetellen (meerekenen)

Konjugationen für meetellen:

o.t.t.
  1. tel mee
  2. telt mee
  3. telt mee
  4. tellen mee
  5. tellen mee
  6. tellen mee
o.v.t.
  1. telde mee
  2. telde mee
  3. telde mee
  4. telden mee
  5. telden mee
  6. telden mee
v.t.t.
  1. heb meegeteld
  2. hebt meegeteld
  3. heeft meegeteld
  4. hebben meegeteld
  5. hebben meegeteld
  6. hebben meegeteld
v.v.t.
  1. had meegeteld
  2. had meegeteld
  3. had meegeteld
  4. hadden meegeteld
  5. hadden meegeteld
  6. hadden meegeteld
o.t.t.t.
  1. zal meetellen
  2. zult meetellen
  3. zal meetellen
  4. zullen meetellen
  5. zullen meetellen
  6. zullen meetellen
o.v.t.t.
  1. zou meetellen
  2. zou meetellen
  3. zou meetellen
  4. zouden meetellen
  5. zouden meetellen
  6. zouden meetellen
en verder
  1. ben meegeteld
  2. bent meegeteld
  3. is meegeteld
  4. zijn meegeteld
  5. zijn meegeteld
  6. zijn meegeteld
diversen
  1. tel mee!
  2. telt mee!
  3. meegeteld
  4. meetellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für meetellen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
contar erbij rekenen; meerekenen; meetellen aftellen; babbelen; begroten; berekenen; beschrijven; erbij optellen; erbij tellen; geld afpassen; kakelen; klappen; kletsen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; mededelen; meeberekenen; passen; praten; rekenen; snateren; spreken; tellen; toevoegen; uiteenzetten; verhaal vertellen; verhalen; vertellen; wauwelen; zeggen; zwammen
contar también erbij rekenen; meerekenen; meetellen erbij optellen; erbij tellen; toevoegen
incluir meerekenen; meetellen beperken; bijdoen; bijrekenen; bijsluiten; bijtellen; bijvoegen; erbij optellen; erbij tellen; erbij voegen; indammen; inkapselen; inperken; insluiten; limiteren; meeberekenen; met handen omvatten; omsingelen; omsluiten; omspannen; omvatten; optellen; toevoegen
tener en cuenta erbij rekenen; meerekenen; meetellen meeberekenen
tomar en cuenta meerekenen; meetellen incalculeren; meeberekenen; rekening houden met
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
incluir bundelen