Übersicht
Niederländisch
Detailübersetzungen für krom (Niederländisch) ins Spanisch
krom:
Übersetzung Matrix für krom:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
arqueado | gebogen; gekromd; krom | concaaf; gebogen; gewelfd; holrond; verbogen |
encorvado | gebogen; gekromd; krom | concaaf; holrond |
torcido | gebogen; gekromd; krom | dwars; gedraaid; gekronkeld; geslingerd; hellend; scheef; schuin; schuin aflopend; slingerend; steil; verbogen; verdraaid; verwrongen |
Verwandte Wörter für "krom":
Antonyme für "krom":
Verwandte Definitionen für "krom":
krommen:
-
krommen (buigen; krom buigen)
-
krommen (buigen; welven)
torcer; inclinarse; encorvar; arquear; doblar; combar; doblarse; hacer una reverencia-
torcer Verb
-
inclinarse Verb
-
encorvar Verb
-
arquear Verb
-
doblar Verb
-
combar Verb
-
doblarse Verb
-
hacer una reverencia Verb
-
Konjugationen für krommen:
o.t.t.
- krom
- kromt
- kromt
- krommen
- krommen
- krommen
o.v.t.
- kromde
- kromde
- kromde
- kromden
- kromden
- kromden
v.t.t.
- ben gekromd
- bent gekromd
- is gekromd
- zijn gekromd
- zijn gekromd
- zijn gekromd
v.v.t.
- was gekromd
- was gekromd
- was gekromd
- waren gekromd
- waren gekromd
- waren gekromd
o.t.t.t.
- zal krommen
- zult krommen
- zal krommen
- zullen krommen
- zullen krommen
- zullen krommen
o.v.t.t.
- zou krommen
- zou krommen
- zou krommen
- zouden krommen
- zouden krommen
- zouden krommen
diversen
- krom!
- kromt!
- gekromd
- krommend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze