Niederländisch
Detailübersetzungen für kleinhartig (Niederländisch) ins Spanisch
kleinhartig:
-
kleinhartig (kleinburgerlijk; kneuterig)
mezquino; hortera; apocado; pegueñoburguesa; pequeñoburgués-
mezquino Adjektiv
-
hortera Adjektiv
-
apocado Adjektiv
-
pegueñoburguesa Adjektiv
-
pequeñoburgués Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für kleinhartig:
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
apocado | kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig | bedeesd; beschroomd; bleu; kopschuw; schroomvallig; schuchter; schuw; timide; verlegen |
hortera | kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig | |
mezquino | kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig | armzalig; bedriegelijk; bekrompen; benepen; gefingeerd; gemeen; karig; kleingeestig; kleinzielig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; mager; matig; middelmatig; min; nagemaakt; niet al te best; onbeduidend; onecht; onedel; onedelmoedig; onwaar; pover; schamel; schraal; vals; zwak; zwakjes |
pegueñoburguesa | kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig | bekrompen; kleinburgerlijk; kleinsteeds |
pequeñoburgués | kleinburgerlijk; kleinhartig; kneuterig | bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kleinsteeds; kneuterig |