Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. hort:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für hort (Niederländisch) ins Spanisch

hort:

hort [de ~ (m)] Nomen

  1. de hort (schokkende beweging; schok; stoot)
    el choque; el golpe

Übersetzung Matrix für hort:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
choque hort; schok; schokkende beweging; stoot aanrijding; aanvaring; bons; botsing; collisie; doorstoot; dreun; geschok; geschud; gestoot; klap; knal; kwak; opeen knallen; pof; shock; smak
golpe hort; schok; schokkende beweging; stoot bonk; bonkend geluid; bons; dreun; gevaarte; harde slag; hengst; hoek; hoekstoot; jens; joekel; kanjer; klap; klapje; klets; kletspraat; klont; klonter; klop; knaap; knak; knal; knik; knoert; kokker; kokkerd; kwak; lel; loei; mep; muilpeer; opdoffer; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; quatsch; schar; slag; smak; stoot; strijd; tik; toegebrachte klap; veldslag
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
choque botsing

Verwandte Wörter für "hort":


Wiktionary Übersetzungen für hort:


Cross Translation:
FromToVia
hort choque; golpe; colisión choccollision brusque, impact d’un corps avec un autre corps.

Verwandte Übersetzungen für hort