Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. consulteren:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für consulteren (Niederländisch) ins Spanisch

consulteren:

consulteren Verb (consulteer, consulteert, consulteerde, consulteerden, geconsulteerd)

  1. consulteren (raadplegen)

Konjugationen für consulteren:

o.t.t.
  1. consulteer
  2. consulteert
  3. consulteert
  4. consulteren
  5. consulteren
  6. consulteren
o.v.t.
  1. consulteerde
  2. consulteerde
  3. consulteerde
  4. consulteerden
  5. consulteerden
  6. consulteerden
v.t.t.
  1. heb geconsulteerd
  2. hebt geconsulteerd
  3. heeft geconsulteerd
  4. hebben geconsulteerd
  5. hebben geconsulteerd
  6. hebben geconsulteerd
v.v.t.
  1. had geconsulteerd
  2. had geconsulteerd
  3. had geconsulteerd
  4. hadden geconsulteerd
  5. hadden geconsulteerd
  6. hadden geconsulteerd
o.t.t.t.
  1. zal consulteren
  2. zult consulteren
  3. zal consulteren
  4. zullen consulteren
  5. zullen consulteren
  6. zullen consulteren
o.v.t.t.
  1. zou consulteren
  2. zou consulteren
  3. zou consulteren
  4. zouden consulteren
  5. zouden consulteren
  6. zouden consulteren
en verder
  1. ben geconsulteerd
  2. bent geconsulteerd
  3. is geconsulteerd
  4. zijn geconsulteerd
  5. zijn geconsulteerd
  6. zijn geconsulteerd
diversen
  1. consulteer!
  2. consulteert!
  3. geconsulteerd
  4. consulterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für consulteren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
asesorarse consulteren; raadplegen
consultar consulteren; raadplegen ruggespraak houden

Wiktionary Übersetzungen für consulteren:


Cross Translation:
FromToVia
consulteren consultar; debatir confer — discuss, consult
consulteren consultar konsultieren — (transitiv) zu Rate ziehen, zurückgreifen auf
consulteren consultar consulter — Prendre avis, conseil ou instruction de quelqu’un.