Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. jack:


Niederländisch

Detailübersetzungen für jack (Niederländisch) ins Englisch

jack:

jack [het ~] Nomen

  1. het jack
    – sportief kort jasje voor buiten, met strakke boord onderaan 1
    the jacket
    – a short coat 2
    the coat
    – an outer garment that has sleeves and covers the body from shoulder down; worn outdoors 2
    • coat [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für jack:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
coat jack huid; jas; mantel; overjas; vel
jacket jack colbert; halflange herenjas; jak; jas; jasje; jekker; mantel; overjas
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
coat bedekken; met iets bestrijken

Verwandte Wörter für "jack":

  • jacks

Verwandte Definitionen für "jack":

  1. sportief kort jasje voor buiten, met strakke boord onderaan1
    • ik heb een warm jack gekocht om te gaan skiën1