Adjective | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
arrogant
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; neerbuigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
condescending
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
|
fancied
|
denkbeeldig; hypothetisch; imaginair; ingebeeld
|
denkbeeldig; fantastisch; illusoir; imaginair
|
fictitious
|
denkbeeldig; hypothetisch; imaginair; ingebeeld
|
aangenomen; bedacht; bedriegelijk; denkbeeldig; fantastisch; fictief; gefingeerd; geveinsd; illusoir; imaginair; nagemaakt; onecht; onwaar; vals; verdicht; verzonnen
|
haughty
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
aanmatigend; arrogant; fier; flink; geringschattend; glorieus; groots; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; opschepperig; prat; protsend; protserig; schreeuwerig; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
illusive
|
denkbeeldig; hypothetisch; imaginair; ingebeeld
|
denkbeeldig; fantastisch; illusoir; imaginair
|
illusory
|
denkbeeldig; hypothetisch; imaginair; ingebeeld
|
denkbeeldig; fantastisch; illusoir; imaginair
|
imaginary
|
denkbeeldig; hypothetisch; imaginair; ingebeeld
|
bedacht; denkbeeldig; fantastisch; fictief; gefingeerd; illusoir; imaginair; irreeel; irreëel; onwerkelijk; onwezenlijk; verzonnen
|
overbearing
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
aanmatigend; onbeschaamd; onbeschoft; ondraaglijk; ongegeneerd; onuitstaanbaar; onverdraaglijk; respectloos
|
pedantic
|
belerend; frikkerig; ingebeeld; pedant; schoolmeesterachtig; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
belerend; betweterig; frikkig; meesterachtig; pedant; schoolmeesterachtig; wijsneuserig
|
presumptuous
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
aanmatigend; arrogant; baldadig; doldriest; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; lichtzinnig; neerbuigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; overmoedig; pretentieus; respectloos; roekeloos; uit de hoogte; vermetel; verwaand; waaghalzig; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
self-satisfied
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
|
stuck-up
|
ijdel; ingebeeld; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
|