Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Englisch ->übersetze houterigheid

übersetze houterigheid von Niederländische ins Englisch

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

houterigheid:
- stiffness
houterig:
- rigid; stiff; wooden
Wiktionary:
- houterig → wooden
- houterig → rigid, steep, abrupt, off-hand, off-handed, stringent, tense, tight, stiff

Niederländisch

Detailübersetzungen für houterigheid (Niederländisch) ins Englisch

houterigheid:

houterigheid [de ~ (v)] Nomen

de houterigheid (starheid; harkerigheid)
the stiffness
- stiffness [the ~] Nomen

Übersetzung Matrix für houterigheid:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
stiffness	harkerigheid; houterigheid; starheid	bokkigheid; starheid; stijfheid; stijfte; strafheid; stugheid; stuursheid

Verwandte Wörter für "houterigheid":

houterig

houterigheid form of houterig:

houterig Adjektiv

houterig (stram; stijf; stroef; stijve)
rigid; stiff; wooden
- rigid Adjektiv
- stiff Adjektiv
- wooden Adjektiv

Übersetzung Matrix für houterig:

Adjective	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
rigid	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	chagrijnig; harkerig; knorrig; korzelig; nors; nurks; onbuigzaam; onverzettelijk; star; stijfjes; stijfkoppig; strak; stug; taai; verstard; verstijfd
wooden	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	houtachtig; houten; houtig; krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
stiff	houterig; stijf; stijve; stram; stroef	ferm; fiks; flink; gemelijk; harkerig; hartig; knorrig; krukkig; lastig; moeilijk; niet makkelijk; nurks; onbeholpen; ongemakkelijk; onhandig; pittig; pittig gesprek; schutterig; slungelig; star; stevig; stijfjes; straf; strak; stumperig; stuntelig; stuurs; sukkelig; verstard; wrevelig; zwaar

Verwandte Wörter für "houterig":

houterigheid, houterige

Wiktionary Übersetzungen für houterig:

houterig

adjective

figuratively
- wooden → houterig

Cross Translation:

From	To	Via
• houterig	→ rigid; steep; abrupt; off-hand; off-handed; stringent; tense; tight; stiff	↔ raide — Traductions à trier suivant le sens
• houterig	→ rigid; stiff	↔ rigide — Qui ne fléchir pas.