Niederländisch
Detailübersetzungen für herfsttijd (Niederländisch) ins Englisch
herfsttijd:
-
de herfsttijd
Übersetzung Matrix für herfsttijd:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
autumn | herfsttijd | herfst; najaar |
fall | herfsttijd | achteruitgang; afname; baisse; daling; deflatie; herfst; instorting; inzinking; landing; minder worden; najaar; neervallen; prijsdaling; prijsverlaging; terechtkomen; teruggang; terugloop; val; vermindering |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
fall | bezwijken; doodgaan; erin vallen; flikkeren; heengaan; inslapen; kelderen; kiepen; kieperen; omkomen; ondergaan; onderuitgaan; op zijn bek gaan; overlijden; raken; sneuvelen; sodemieteren; sterven; te gronde gaan; ten ondergaan; ten val komen; terechtkomen; treffen; tuimelen; vallen; wegvallen; zakken |