Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. verbaasd zijn:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verbaasd zijn (Niederländisch) ins Deutsch

verbaasd zijn:

verbaasd zijn Verb (ben verbaasd, bent verbaasd, is verbaasd, was verbaasd, waren verbaasd, verbaasd geweest)

  1. verbaasd zijn (verrast zijn; verbaasd staan; verwonderd zijn)
    staunen
    • staunen Verb (staune, staunst, staunt, staunte, stauntet, gestaund)

Konjugationen für verbaasd zijn:

o.t.t.
  1. ben verbaasd
  2. bent verbaasd
  3. is verbaasd
  4. zijn verbaasd
  5. zijn verbaasd
  6. zijn verbaasd
o.v.t.
  1. was verbaasd
  2. was verbaasd
  3. was verbaasd
  4. waren verbaasd
  5. waren verbaasd
  6. waren verbaasd
v.t.t.
  1. ben verbaasd geweest
  2. bent verbaasd geweest
  3. is verbaasd geweest
  4. zijn verbaasd geweest
  5. zijn verbaasd geweest
  6. zijn verbaasd geweest
v.v.t.
  1. was verbaasd geweest
  2. was verbaasd geweest
  3. was verbaasd geweest
  4. waren verbaasd geweest
  5. waren verbaasd geweest
  6. waren verbaasd geweest
o.t.t.t.
  1. zal verbaasd zijn
  2. zult verbaasd zijn
  3. zal verbaasd zijn
  4. zullen verbaasd zijn
  5. zullen verbaasd zijn
  6. zullen verbaasd zijn
o.v.t.t.
  1. zou verbaasd zijn
  2. zou verbaasd zijn
  3. zou verbaasd zijn
  4. zouden verbaasd zijn
  5. zouden verbaasd zijn
  6. zouden verbaasd zijn
diversen
  1. ben verbaasd!
  2. wees verbaasd!
  3. ben verbaasd geweest
  4. verbaasd zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verbaasd zijn:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
staunen verbaasd staan; verbaasd zijn; verrast zijn; verwonderd zijn met open mond staan; opkijken; opzien; perplex staan; verrast opkijken

Verwandte Übersetzungen für verbaasd zijn