Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->übersetze gebakken

übersetze gebakken von Niederländische ins Deutsch

Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. gebak:
  2. bakken:
  3. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für gebakken (Niederländisch) ins Deutsch

gebakken:


Verwandte Wörter für "gebakken":


gebak:

gebak [de ~] Nomen

  1. de gebak (taart)
    Gebäck; der Kuchen

Übersetzung Matrix für gebak:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Gebäck gebak; taart biscuit; biscuitje; biskwietje; gebakje; kaakje; kleine kaak; koek; koekje; taartje
Kuchen gebak; taart biscuit; biscuitje; biskwietje; cake; gebakje; kaakje; kleine kaak; koek; koeken; koekje; korstgebak; oud mens; taart; taartje
- taart

Verwandte Wörter für "gebak":


Synonyms for "gebak":


Verwandte Definitionen für "gebak":

  1. koek met slagroom of andere zoete vulling1
    • wil je gebak bij de koffie?1

Wiktionary Übersetzungen für gebak:

Cross Translation:
FromToVia
• gebak → Kuchen ↔ cake — a sweet dessert
• gebak → Backwerk; Gebäck; Feingebäck ↔ pastry — food group

gebakken form of bakken:

bakken Verb (bak, bakt, bakte, bakten, gebakken)

  1. bakken
    braten; brutzeln
    • braten Verb (brate, brätst, brät, briet, brietet, gebraten)
    • brutzeln Verb (brutzele, brutzelst, brutzelt, brutzelte, brutzeltet, gebrutzelt)

Konjugationen für bakken:

o.t.t.
  1. bak
  2. bakt
  3. bakt
  4. bakken
  5. bakken
  6. bakken
o.v.t.
  1. bakte
  2. bakte
  3. bakte
  4. bakten
  5. bakten
  6. bakten
v.t.t.
  1. heb gebakken
  2. hebt gebakken
  3. heeft gebakken
  4. hebben gebakken
  5. hebben gebakken
  6. hebben gebakken
v.v.t.
  1. had gebakken
  2. had gebakken
  3. had gebakken
  4. hadden gebakken
  5. hadden gebakken
  6. hadden gebakken
o.t.t.t.
  1. zal bakken
  2. zult bakken
  3. zal bakken
  4. zullen bakken
  5. zullen bakken
  6. zullen bakken
o.v.t.t.
  1. zou bakken
  2. zou bakken
  3. zou bakken
  4. zouden bakken
  5. zouden bakken
  6. zouden bakken
diversen
  1. bak!
  2. bakt!
  5. gebakken
  6. bakkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bakken [de ~] Nomen, Plural

  1. de bakken (gevangenissen; likken; norren)
    die Gefängnisse

Übersetzung Matrix für bakken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Gefängnisse bakken; gevangenissen; likken; norren
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
braten bakken braden
brutzeln bakken brommen; kankeren; klagen; knorren; knorrend geluid maken; mopperen; morren; op vuur pruttelen; over iets mopperen; pruttelen; smoren; stoffen; sudderen

Verwandte Wörter für "bakken":


Wiktionary Übersetzungen für bakken:

bakken
  1. im Ofen erhitzt werden
  2. im Ofen erhitzen
Cross Translation:
FromToVia
• bakken → trocknen ↔ bake — to dry by heat
• bakken → backen ↔ bake — to cook in an oven
• bakken → sein ↔ cook — colloquial: be uncomfortably hot
• bakken → brennen ↔ fire — to heat pottery, etc.
• bakken → braten ↔ fry — to cook (something) in hot fat
• bakken → backen; braten ↔ frire — Faire cuire

Verwandte Übersetzungen für gebakken







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0268 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden