Niederländisch
Detailübersetzungen für eruit gaan (Niederländisch) ins Deutsch
eruit gaan:
-
eruit gaan
Konjugationen für eruit gaan:
o.t.t.
- ga eruit
- gaat eruit
- gaat eruit
- gaan eruit
- gaan eruit
- gaan eruit
o.v.t.
- ging eruit
- ging eruit
- ging eruit
- gingen eruit
- gingen eruit
- gingen eruit
v.t.t.
- ben eruit gegaan
- bent eruit gegaan
- is eruit gegaan
- zijn eruit gegaan
- zijn eruit gegaan
- zijn eruit gegaan
v.v.t.
- was eruit gegaan
- was eruit gegaan
- was eruit gegaan
- waren eruit gegaan
- waren eruit gegaan
- waren eruit gegaan
o.t.t.t.
- zal eruit gaan
- zult eruit gaan
- zal eruit gaan
- zullen eruit gaan
- zullen eruit gaan
- zullen eruit gaan
o.v.t.t.
- zou eruit gaan
- zou eruit gaan
- zou eruit gaan
- zouden eruit gaan
- zouden eruit gaan
- zouden eruit gaan
diversen
- ga eruit!
- gaat eruit!
- eruit gegaan
- eruit gaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für eruit gaan:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
aussteigen | eruit gaan | afstappen; er tussenuit knijpen; er vandoor gaan; eruitgaan; omlaagstappen; ontglippen; ontkomen; ontsnappen aan; ontvluchten; uitstappen; vluchten; wegkomen; weglopen; wegrennen; zich vrijmaken |