Niederländisch

Detailübersetzungen für bot (Niederländisch) ins Deutsch

bot:

bot [de ~ (m)] Nomen

  1. de bot
    der Knochen; die Gebeine

bot

  1. bot (robot)

Übersetzung Matrix für bot:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Gebeine bot been; botten; bottenbouw; gebeente; knekelman; ledemaat; skelet
Knochen bot been; botten; gebeente; kluif; ledemaat; skelet
- been
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Robot bot; robot
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
angebunden bot; kortaf; zonder omhaal
brüsk bot; kortaf; zonder omhaal bruusk; chagrijnig; knorrig; kortaf; korzelig; nors; nurks; onzacht
bäuerisch bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; banaal; dorps; grof; krukkig; laag-bij-de-grond; lomp; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; plat; platvloers; respectloos; schunnig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; triviaal; vunzig
derb bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; banaal; dorps; duidelijk; ferm; fiks; flagrant; flink; fors; grof; grofgebouwd; laag-bij-de-grond; lomp; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongepast; onkies; onvertogen; overduidelijk; plat; platvloers; potig; respectloos; robuust; ruw; schunnig; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; triviaal; verkeerd; vunzig; zo klaar als een klontje; zonneklaar
doof bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; achterlijk; afgestompt; afstompend; breinloos; dom; dorps; eentonig; geestdodend; geesteloos; hersenloos; idioot; onbenullig; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onnozel; onverstandig; respectloos; saai; stom; stompzinnig; stupide; suf; verstandeloos
dumm bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed achtergebleven; achterlijk; afgestompt; afstompend; breinloos; dom; dwaas; eentonig; eenvoudig; geestdodend; geesteloos; gemakkelijk; hersenloos; idioot; licht; makkelijk; minderbegaafd; niet moeilijk; oerdom; oliedom; onbenullig; onbezonnen; onnozel; onverstandig; overbluft; paf; perplex; redeloos; saai; simpel; sprakeloos; stom; stompzinnig; stomverbaasd; stupide; suf; verstandeloos; zonder verstand; zwijgend
einsilbig bot; kortaf; zonder omhaal eenlettergrepig
flegelhaft bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; boers; brutaal; dorps; hondsbrutaal; hufterig; krukkig; lomp; onbeholpen; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongemanierd; onhandig; onhoffelijk; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; vlegelachtig; vrijpostig
grob bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; afgedempt; banaal; barbaars; beestachtig; brutaal; bruut; dierlijk; dorps; gedempt; godgeklaagd; grof; grofgebouwd; hard; hardhandig; heftig; hemeltergend; honds; hondsbrutaal; inhumaan; krukkig; laag-bij-de-grond; log; lomp; meedogenloos; monsterlijk; niet helder; onbeheerst; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; onduidelijk; ongegeneerd; ongepast; onhandig; onhebbelijk; onheus; onkies; onmenselijk; onsierlijk van gedaante; onstuimig; onvertogen; onvriendelijk; onzacht; plat; platvloers; plomp; respectloos; ruw; schunnig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; ten hemel schreiend; triviaal; vaag; verkeerd; verregaand; vervaagd; vrijpostig; vunzig; weggezakt in het geheugen; wreed; zeer ergerlijk
grobschlächtig bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; grofgebouwd; krukkig; onbeholpen; onbeleefd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongemanierd; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
klobig bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos; stomp
kurz angebunden bot; kortaf; zonder omhaal
lümmelhaft bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed dorps
ohne Umschweife bot; kortaf; zonder omhaal zonder omwegen
plump bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; log; lomp; onbeleefd; onbeschaamd; onbeschoft; onelegant; ongegeneerd; ongemanierd; onsierlijk van gedaante; plomp; respectloos
schroff bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed agressief; bruusk; gewelddadig; grof; grofgebouwd; hard; hardhandig; hel; hoog; kortaf; korzelig; lomp; nors; ongelikt; onzacht; ruw; schel; scherp; schril; snauwend; snerpend; wrevelig
schwerfällig bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; bezadigd; dorps; gezapig; houterig; in details; krukkig; langzaam; lijzig; log; loom; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; respectloos; schutterig; sloom; slungelig; stijf; stijve; stram; stroef; stumperig; stuntelig; sukkelig; traag; traag van begrip; uitgewerkt
stumpf bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed achterlijk; afgestompt; afgevlakt; beslagen; breinloos; dof; dom; eenvoudig; flets; geesteloos; gemakkelijk; gematteerd; glansloos; hersenloos; idioot; licht; makkelijk; mat; niet helder; niet moeilijk; onbenullig; onnozel; onverstandig; simpel; stomp; stompzinnig; stupide; verstandeloos
täppisch bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; krukkig; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
tölpelhaft bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; gebrekkig; knullig; krukkig; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stoethaspelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
unerzogen bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed ongelikt
ungehobelt bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; gebrekkig; grof; knullig; krukkig; laag-bij-de-grond; lomp; onbeholpen; onbeleefd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongemanierd; onhandig; plat; platvloers; respectloos; schunnig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; vunzig
ungeschickt bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; dorps; gebrekkig; knullig; krukkig; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
ungeschlacht bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; banaal; dorps; grof; krukkig; laag-bij-de-grond; lomp; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; plat; platvloers; respectloos; schunnig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; triviaal; vunzig
ungeschliffen bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; boers; dorps; gebrekkig; grof; grofgebouwd; hufterig; knullig; laag-bij-de-grond; lomp; onbeholpen; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongemanierd; onhandig; onhoffelijk; plat; platvloers; respectloos; ruw; schunnig; schutterig; stumperig; stuntelig; vunzig
unhöflich bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed boers; brutaal; hondsbrutaal; hufterig; lomp; onaardig; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschoft; ongemanierd; onhartelijk; onhebbelijk; onhoffelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend; vrijpostig
unkultiviert bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed onbeleefd; ongecultiveerd; ongemanierd; onontgonnen
unscharf bot; onscherp vervaagd; weggezakt in het geheugen
verschwommen bot; onscherp afgedempt; beneveld; flauw; gedempt; mistig; nevelachtig; niet helder; onduidelijk; onhelder; troebel; vaag; vaag zichtbaar; vagelijk; vervaagd; wazig; weggezakt in het geheugen
wild bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed agressief; barbaars; beestachtig; bitter teleurgesteld; bruut; gewelddadig; hard; hardhandig; heftig; inhumaan; monsterlijk; onbeheerst; onmenselijk; onstuimig; onzacht; ruw; stoeiziek; tureluurs; verbitterd; wreed
zutäppisch bot; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed aanmatigend; agressief; dorps; gewelddadig; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; respectloos

Verwandte Wörter für "bot":


Synonyms for "bot":


Antonyme für "bot":


Verwandte Definitionen für "bot":

  1. deel van het geraamte van mens of dier1
    • het bot in de arm is gebroken1
  2. niet goed geslepen1
    • dit mes is bot, ik kan er niet mee snijden1
  3. onvriendelijk en kortaf1
    • ze gaf een bot antwoord1

Wiktionary Übersetzungen für bot:

bot
noun
  1. Teil des Skeletts der Wirbeltiere
  2. Zoologie: ein Plattfisch (Platichthys flesus)
  3. allenfalls Plural 1: norddeutscher Name der Flunder (Platichthys flesus)
adjective
  1. nicht scharf (bei Schneidegeräten), infolgedessen es nicht mehr möglich ist zu schneiden

Cross Translation:
FromToVia
bot stumpf; abgestumpft blunt — Having a thick edge or point, as an instrument
bot Bein; Knochen bone — component of a skeleton
bot Stiefel boot — heavy shoe that covers part of the leg
bot abgestumpft; verhärtet; gefühllos callous — emotionally hardened
bot stumpf dull — lacking the ability to cut easily; not sharp
bot stumpf obtuse — botany, zoology: blunt
bot stumpf contondant — Qui blesser sans percer ni couper, mais en faisant des contusions, comme un bâton, un marteau, etc.
bot Flunder; Butt flet — zoologie|nocat Une des espèces de poissons osseux surtout marins, certains poisson plat voisins de la plie et de la limande.
bot Flunder flet commun — zoologie|nocat Espèce de poisson osseux marin et d'eau douce, un poisson plat, un flet des côtes d'Europe et d'Amérique du Nord, voisin de la plie et de la limande, mais moins délicat.
bot an; barsch; grob; derb; rau; hart; taktlos; plump; unziemlich; unschicklich; ungehörig; ungebührlich; unanständig; rauh; roh grossier — Qui n’est pas fin, qui n’est pas délicat.
bot albern; dumm idiotignare, ignorant.
bot stumpf mousse — (vieilli) Qui est émoussé, qui a perdu son tranchant, en parlant d’une lame.
bot stumpf obtus — biologie|fr Qui est arrondir, émousser au lieu d’être anguleux ou pointu.
bot Knochen; Gebein os — squelette|fr indén|fr tissu dur et calcifié du squelette des animaux vertébrés, consistant en très grande partie en carbonate de calcium, phosphate de calcium et gélatine.
bot an; barsch; grob; derb; rau; hart; taktlos; plump; rauh; roh rustique — Translations
bot taub sourd — Qui est privé du sens de l’ouïe
bot albern; dumm; idiotisch; blödsinnig stupide — Qui frapper de stupeur.
bot stumpf; matt; trübe; glanzlos; blind; leblos terne — Qui n’a pas l’éclat qu’il doit avoir, ou qui en a peu en comparaison d’une autre chose.

botten:

botten [de ~] Nomen, Plural

  1. de botten (skelet; gebeente)
    die Knochen; Skelett; die Gebeine; der Knochenbau; Gerüst; Gerippe

Übersetzung Matrix für botten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Gebeine botten; gebeente; skelet been; bot; bottenbouw; knekelman; ledemaat; skelet
Gerippe botten; gebeente; skelet bottenbouw; frame; geraamte; karkas; knekelman; raamwerk; skelet
Gerüst botten; gebeente; skelet casco; chassis; frame; geraamte; kerngedachte; latwerk; raamwerk; rek; skelet; stellage; stelling; vliegtuigromp
Knochen botten; gebeente; skelet been; bot; kluif; ledemaat
Knochenbau botten; gebeente; skelet bottenbouw; skelet
Skelett botten; gebeente; skelet bottenbouw; knekelman; skelet

Verwandte Wörter für "botten":


Verwandte Übersetzungen für bot



Deutsch

Detailübersetzungen für bot (Deutsch) ins Niederländisch

bieten:

bieten Verb (biete, bietest, bietet, bot, botet, geboten)

  1. bieten
    bieden
    • bieden Verb (bied, biedt, bood, boden, geboden)
  2. bieten (reichen; anbieten; präsentieren; darbieten)
    aanbieden; geven; aanreiken
    • aanbieden Verb (bied aan, biedt aan, bood aan, boden aan, aangeboden)
    • geven Verb (geef, geeft, gaf, gaven, gegeven)
    • aanreiken Verb (reik aan, reikt aan, reikte aan, reikten aan, aangereikt)
  3. bieten (mobilisieren; einsetzen; setzen; )
    mobiliseren
    • mobiliseren Verb (mobiliseer, mobiliseert, mobiliseerde, mobiliseerden, gemobiliseerd)

Konjugationen für bieten:

Präsens
  1. biete
  2. bietest
  3. bietet
  4. bieten
  5. bietet
  6. bieten
Imperfekt
  1. bot
  2. botest
  3. bot
  4. boten
  5. botet
  6. boten
Perfekt
  1. habe geboten
  2. hast geboten
  3. hat geboten
  4. haben geboten
  5. habt geboten
  6. haben geboten
1. Konjunktiv [1]
  1. biete
  2. bietest
  3. biete
  4. bieten
  5. bietet
  6. bieten
2. Konjunktiv
  1. böte
  2. bötest
  3. böte
  4. böten
  5. bötet
  6. böten
Futur 1
  1. werde bieten
  2. wirst bieten
  3. wird bieten
  4. werden bieten
  5. werdet bieten
  6. werden bieten
1. Konjunktiv [2]
  1. würde bieten
  2. würdest bieten
  3. würde bieten
  4. würden bieten
  5. würdet bieten
  6. würden bieten
Diverses
  1. biete
  2. bietet!
  3. bieten Sie!
  4. geboten
  5. bietend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Übersetzung Matrix für bieten:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aanbieden anbieten; bieten; darbieten; präsentieren; reichen anbieten; darbieten; einreichen; feilbieten; offerieren; präsentieren; vorführen; vorlegen; vorstellen; vorzeigen; zeigen
aanreiken anbieten; bieten; darbieten; präsentieren; reichen darreichen; hergeben; herumgeben; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; reichen; überreichen
bieden bieten
geven anbieten; bieten; darbieten; präsentieren; reichen ausstellen; austeilen; austragen; begünstigen; besorgen; bevorrechten; bevorzugen; darreichen; einflößen; eingeben; einreichen; einschenken; erweisen; geben; gießen; hergeben; herreichen; herumgeben; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; ins Haus liefern; jemandem etwas verabreichen; liefern; reichen; schenken; senden; spenden; stiften; verabreichen; verehren; verordnen; verschenken; zustellen; überreichen
mobiliseren anfangen; bieten; einführen; einlassen; einlegen; einsetzen; hantieren; mobilisieren; mobilmachen; setzen

Synonyms for "bieten":


Wiktionary Übersetzungen für bieten:

bieten
verb
  1. als koper een prijs voorstellen

Cross Translation:
FromToVia
bieten bieden bid — intransitive: to make an offer
bieten bieden bid — transitive: to offer as a price
bieten benadrukken; oplichten; laten feature — ascribe the greatest importance
bieten indienen; presenteren; vertonen; voorstellen; aanbieden; spelen présenter — Traductions à trier suivant le sens