"se rencontrer" übersetzt von Französische ins Niederländisch--Interglot

Übersicht

Französisch nach Niederländisch: mehr Daten

se rencontrer:
- elkaar ontmoeten; afspreken; elkaar zien; treffen; samenkomen; bijeenkomen

Französisch

Detailübersetzungen für se rencontrer (Französisch) ins Niederländisch

se rencontrer (se voir; réunir; joindre; se réunir)
elkaar ontmoeten; afspreken; elkaar zien; treffen; samenkomen
- elkaar ontmoeten Verb
- afspreken Verb (spreek af, spreekt af, sprak af, spraken af, afgesproken)
- elkaar zien Verb (zagen elkaar)
- treffen Verb (tref, treft, trof, troffen, getroffen)
- samenkomen Verb (kom samen, komt samen, kwam samen, kwamen samen, samengekomen)
se rencontrer (joindre; réunir)
elkaar ontmoeten
- elkaar ontmoeten Verb
se rencontrer (se réunir; se rassembler)
samenkomen; bijeenkomen
- samenkomen Verb (kom samen, komt samen, kwam samen, kwamen samen, samengekomen)
- bijeenkomen Verb (kom bijeen, komt bijeen, kwam bijeen, kwamen bijeen, bijeengekomen)

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
afspreken		accord; convention; fait de se mettre d'accord
samenkomen		se réunir
treffen		fait d'affecter; fait de toucher à; rencontre
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
afspreken	joindre; réunir; se rencontrer; se réunir; se voir	accorder; arranger; convenir; organiser; s'arranger; s'entendre sur; tomber d'accord; tomber d'accord sur
bijeenkomen	se rassembler; se rencontrer; se réunir
elkaar ontmoeten	joindre; réunir; se rencontrer; se réunir; se voir
elkaar zien	joindre; réunir; se rencontrer; se réunir; se voir
samenkomen	joindre; réunir; se rassembler; se rencontrer; se réunir; se voir	se rassembler; se réunir
treffen	joindre; réunir; se rencontrer; se réunir; se voir	aborder; aboutir à; arriver à; atteindre; atterrir; battre; concerner; croiser; découvrir; faire une saut à; influencer; remuer; rencontrer; se rapporter à; se retrouver; tomber dans; tomber sur; toucher; trouver; émouvoir