"replier" übersetzt von Französische ins Niederländisch--Interglot

Remove Ads

Übersicht

Französisch nach Niederländisch: mehr Daten

replier:
- opklappen; vouwen; opvouwen; invouwen; binnenwaarts vouwen; ombuigen; krom buigen; verbuigen
Wiktionary:
- replier → meermalen opvouwen, opstropen
- replier → bukken, zich gewonnen geven

Französisch

Detailübersetzungen für replier (Französisch) ins Niederländisch

replier:

replier Verb (replie, replies, replions, repliez, replient, repliais, repliait, repliions, repliiez, repliaient, repliai, replias, replia, repliâmes, repliâtes, replièrent, replierai, replieras, repliera, replierons, replierez, replieront)

replier (relever)
opklappen
- opklappen Verb (klap op, klapt op, klapte op, klapten op, opgeklapt)
replier (plier; déplier; se déplier; plier en deux; rabattre)
vouwen; opvouwen
- vouwen Verb (vouw, vouwt, vouwde, vouwden, gevouwd)
- opvouwen Verb (vouw op, vouwt op, vouwde op, vouwden op, opgevouwen)
replier
invouwen; binnenwaarts vouwen
- invouwen Verb (vouw in, vouwt in, vouwde in, vouwden in, ingevouwen)
- binnenwaarts vouwen Verb
replier (infléchir; courber; plier; économiser; incurver)
ombuigen; krom buigen; verbuigen
- ombuigen Verb (buig om, buigt om, boog om, bogen om, omgebogen)
- krom buigen Verb (buig krom, buigt krom, boog krom, bogen krom, krom gebogen)
- verbuigen Verb (verbuig, verbuigt, verboog, verbogen, verbogen)

Konjugationen für replier:

Présent

replie
replies
replie
replions
repliez
replient

imparfait

repliais
repliais
repliait
repliions
repliiez
repliaient

passé simple

repliai
replias
replia
repliâmes
repliâtes
replièrent

futur simple

replierai
replieras
repliera
replierons
replierez
replieront

subjonctif présent

que je replie
que tu replies
qu'il replie
que nous repliions
que vous repliiez
qu'ils replient

conditionnel présent

replierais
replierais
replierait
replierions
replieriez
replieraient

passé composé

ai replié
as replié
a replié
avons replié
avez replié
ont replié

divers

replie!
repliez!
replions!
replié
repliant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Übersetzung Matrix für replier:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
verbuigen		déclinaison; flexion
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
binnenwaarts vouwen	replier
invouwen	replier
krom buigen	courber; incurver; infléchir; plier; replier; économiser	courber; fléchir; plier; recourber; s'incliner; s'incurver; se courber; se tordre; se voûter
ombuigen	courber; incurver; infléchir; plier; replier; économiser	altérer; changer; modifier; renverser
opklappen	relever; replier
opvouwen	déplier; plier; plier en deux; rabattre; replier; se déplier
verbuigen	courber; incurver; infléchir; plier; replier; économiser	conjuguer; décliner
vouwen	déplier; plier; plier en deux; rabattre; replier; se déplier

Synonyms for "replier":

accroupir; ramasser; baisser; blottir; pelotonner; recroqueviller; tapir; réfugier; rencogner; cacher; ferler; plier; reculer; reployer; rétracter; abjurer

Wiktionary Übersetzungen für replier:

replier

verb

plier une chose qui déplier.
- replier → meermalen opvouwen; opstropen

Cross Translation:

From	To	Via
• replier	→ bukken	↔ bend over — to bend one's upper body forward
• replier	→ zich gewonnen geven	↔ fold — give way on a point or in an argument

Computerübersetzung von Drittern:

übersetze replier von Französische ins Niederländisch