"currency" übersetzt von Englische ins Niederländisch--Interglot

Übersicht

Englisch nach Niederländisch: mehr Daten

currency:
- valuta; muntsoort; geldsoort; munteenheid; koers; wisselkoers; herleidingskoers
Wiktionary:
- currency → valuta, munteenheid
- currency → valuta, courant, betaalmiddel, geld, poen, gemunt geld

Englisch

Detailübersetzungen für currency (Englisch) ins Niederländisch

the currency
de valuta; de muntsoort; de geldsoort
- valuta [de ~] Nomen
- muntsoort [de ~] Nomen
- geldsoort [de ~] Nomen
the currency
de munteenheid
- munteenheid [de ~ (v)] Nomen
the currency (exchange rate; rate of exchange; conversion rate; rate; value)
de koers; de valuta; de wisselkoers; herleidingskoers
- koers [de ~ (m)] Nomen
- valuta [de ~] Nomen
- wisselkoers [de ~ (m)] Nomen
- herleidingskoers [znw.] Nomen
the currency

– A medium of exchange in circulation that is not limited to money. ¹
de valuta
- valuta [de ~] Nomen

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
geldsoort	currency	coin; metal; specie
herleidingskoers	conversion rate; currency; exchange rate; rate; rate of exchange; value
koers	conversion rate; currency; exchange rate; rate; rate of exchange; value	course; direction; navigational route; ocean lane; sea lane; sea route; sea way; shipping lane
munteenheid	currency
muntsoort	currency
valuta	conversion rate; currency; exchange rate; rate; rate of exchange; value	money
wisselkoers	conversion rate; currency; exchange rate; rate; rate of exchange; value	exchange rate
-	currentness; up-to-dateness
Other	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
-	species of coin

currency

noun

money or other item used to facilitate transactions
- currency → valuta; munteenheid

Cross Translation:

From	To	Via
• currency	→ valuta; courant	↔ Währung — staatlich geregeltes Geldwesen
• currency	→ betaalmiddel	↔ Zahlungsmittel — etwas, mit dem zahlen werden kann
• currency	→ geld; poen	↔ monnaie — économie\|fr unité de mesure de la valeur et d’échange commercial (généralement émise par une institution officielle).
• currency	→ gemunt geld	↔ numéraire — (term, par substantivation) argent monnayé.