Deutsch
Detailübersetzungen für unverkennbar (Deutsch) ins Niederländisch
unverkennbar:
-
unverkennbar (eindeutig; offensichtlich; deutlich; klar; sonnenklar; sicher)
-
unverkennbar (auffallend; auffällig; ungewöhnlich; beachtenswert; hervorragend; hervorspringend; prononciert)
opmerkelijk; opvallend; saillant; opmerkenswaardig; frappant; in het oog springend; treffend; in het oog lopend-
opmerkelijk Adjektiv
-
opvallend Adjektiv
-
saillant Adjektiv
-
opmerkenswaardig Adjektiv
-
frappant Adjektiv
-
in het oog springend Adjektiv
-
treffend Adjektiv
-
in het oog lopend Adjektiv
-
-
unverkennbar (ausgeprägt; markant; prononciert)
uitgesproken; geprononceerd; onmiskenbaar; ondubbelzinnig; markant-
uitgesproken Adjektiv
-
geprononceerd Adjektiv
-
onmiskenbaar Adjektiv
-
ondubbelzinnig Adjektiv
-
markant Adjektiv
-
-
unverkennbar (anscheinend; offensichtlich; scheinbar; augenscheinlich)
-
unverkennbar (unbestreitbar; unstreitig; unleugbar)
-
unverkennbar (eindeutig; entschieden; offensichtlich; klar; verständlich; übersichtlich; anschaulich; erkennbar; blank; sichtbar; einleuchtend; vernehmlich; sonnenklar; vernehmbar)
Übersetzung Matrix für unverkennbar:
Synonyms for "unverkennbar":
Computerübersetzung von Drittern: