Home ->Wörterbücher ->Deutsch/Niederländisch ->übersetze sichwidersetzen

übersetze sichwidersetzen von Deutsche ins Niederländisch

Übersicht

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

sichwidersetzen:
- tegenwerken; tegengaan; tegenstreven; weerstreven

Deutsch

Detailübersetzungen für sichwidersetzen (Deutsch) ins Niederländisch

sichwidersetzen:

sichwidersetzen Verb

sichwidersetzen (entgegenarbeiten; entgegenwirken; aufmucken; Widerstand leisten; umstellen; auflehnen; aufmucksen)
tegenwerken; tegengaan; tegenstreven; weerstreven
- tegenwerken Verb (werk tegen, werkt tegen, werkte tegen, werkten tegen, tegengewerkt)
- tegengaan Verb (ga tegen, gaat tegen, ging tegen, gingen tegen, tegengegaan)
- tegenstreven Verb (streef tegen, streeft tegen, streefte tegen, streeften tegen, tegengestreefd)
- weerstreven Verb (weerstreef, weerstreeft, weerstreefde, weerstreefden, weerstreefd)

Übersetzung Matrix für sichwidersetzen:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
tegengaan		Abdämmen; Eindämmen
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
tegengaan	Widerstand leisten; auflehnen; aufmucken; aufmucksen; entgegenarbeiten; entgegenwirken; sichwidersetzen; umstellen
tegenstreven	Widerstand leisten; auflehnen; aufmucken; aufmucksen; entgegenarbeiten; entgegenwirken; sichwidersetzen; umstellen
tegenwerken	Widerstand leisten; auflehnen; aufmucken; aufmucksen; entgegenarbeiten; entgegenwirken; sichwidersetzen; umstellen	behindern; entgegenarbeiten; entgegenwirken; hintertreiben; komplizieren; konterkarieren
weerstreven	Widerstand leisten; auflehnen; aufmucken; aufmucksen; entgegenarbeiten; entgegenwirken; sichwidersetzen; umstellen