"hinunterstossen" übersetzt von Deutsche ins Niederländisch--Interglot

Übersicht

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

hinunterstossen:
- afstoten; eraf duwen; eraf werpen; eraf gooien; erafschoppen; omstoten; omduwen; omverstoten; omlaagduwen; naar beneden duwen

Deutsch

Detailübersetzungen für hinunterstossen (Deutsch) ins Niederländisch

hinunterstossen (herabstoßen; hinunterstoßen; hinabstossen; herunterstoßen; herunterstossen)
afstoten; eraf duwen
- afstoten Verb (stoot af, stootte af, stootten af, afgestoten)
- eraf duwen Verb (duw eraf, duwt eraf, duwde eraf, duwden eraf, eraf geduwd)
hinunterstossen (hinunterwerfen)
eraf werpen; eraf gooien
- eraf werpen Verb
- eraf gooien Verb (gooi eraf, gooit eraf, gooide eraf, gooiden eraf, eraf gegooid)
hinunterstossen (hinabstossen; hinunterstoßen)
erafschoppen
- erafschoppen Verb
hinunterstossen (umstoßen; umwerfen; umstürzen; umreißen; umschütten)
omstoten; omduwen; omverstoten
- omstoten Verb (stoot om, stootte om, stootten om, omgestoten)
- omduwen Verb (duw om, duwt om, duwde om, duwden om, omgeduwd)
- omverstoten Verb (stoot omver, stootte omver, stootten omver, omver gestoten)
hinunterstossen (hinunterdrücken)
omlaagduwen; naar beneden duwen
- omlaagduwen Verb (duw omlaag, duwt omlaag, duwde omlaag, duwden omlaag, omlaaggeduwd)
- naar beneden duwen Verb

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
afstoten		Abstoßen; Abweisen
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
afstoten	herabstoßen; herunterstossen; herunterstoßen; hinabstossen; hinunterstossen; hinunterstoßen
eraf duwen	herabstoßen; herunterstossen; herunterstoßen; hinabstossen; hinunterstossen; hinunterstoßen	herunterstossen
eraf gooien	hinunterstossen; hinunterwerfen
eraf werpen	hinunterstossen; hinunterwerfen
erafschoppen	hinabstossen; hinunterstossen; hinunterstoßen
naar beneden duwen	hinunterdrücken; hinunterstossen
omduwen	hinunterstossen; umreißen; umschütten; umstoßen; umstürzen; umwerfen
omlaagduwen	hinunterdrücken; hinunterstossen
omstoten	hinunterstossen; umreißen; umschütten; umstoßen; umstürzen; umwerfen
omverstoten	hinunterstossen; umreißen; umschütten; umstoßen; umstürzen; umwerfen