Deutsch
Detailübersetzungen für geurlaubt sein (Deutsch) ins Niederländisch
geurlaubt sein:
-
geurlaubt sein (freistehen)
geoorloofd zijn; vrij staan-
geoorloofd zijn Verb (ben geoorloofd, bent geoorloofd, is geoorloofd, was geoorloofd, waren geoorloofd, geoorloofd geweest)
-
vrij staan Verb
-
Übersetzung Matrix für geurlaubt sein:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
geoorloofd zijn | freistehen; geurlaubt sein | |
vrij staan | freistehen; geurlaubt sein | freistehen |