Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
- beweglich:
-
Wiktionary:
- beweglich → beweeglijk
- beweglich → beweeglijk, mobiel, beweegbaar, veelzijdig, pluriform, onbestendig, veranderlijk, vlinderachtig, wispelturig, bewegelijk, druk, roerig, woelig, los, roerend
Deutsch
Detailübersetzungen für beweglich (Deutsch) ins Niederländisch
beweglich:
-
beweglich (mobil; nicht fest; versetzbar; transportabel; transportierbar; transportfähig)
mobiel; los; beweegbaar; verzetbaar; verplaatsbaar; roerend-
mobiel Adjektiv
-
los Adjektiv
-
beweegbaar Adjektiv
-
verzetbaar Adjektiv
-
verplaatsbaar Adjektiv
-
roerend Adjektiv
-
-
beweglich (aktiv; lebendig; lebhaft; munter; quick)
dynamisch; actief; energiek; beweeglijk; levendig-
dynamisch Adjektiv
-
actief Adjektiv
-
energiek Adjektiv
-
beweeglijk Adjektiv
-
levendig Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für beweglich:
Synonyms for "beweglich":
Wiktionary Übersetzungen für beweglich:
beweglich
Cross Translation:
adjective
-
in der Lage, sich zu bewegen[1] oder bewegt[1] zu werden
- beweglich → beweeglijk
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beweglich | → beweeglijk; mobiel | ↔ mobile — capable of being moved |
• beweglich | → beweegbaar | ↔ movable — capable of being moved |
• beweglich | → veelzijdig; pluriform | ↔ versatile — capable of doing many things competently |
• beweglich | → onbestendig; veranderlijk; vlinderachtig; wispelturig; beweeglijk; bewegelijk; druk; roerig; woelig; beweegbaar; los; mobiel; roerend | ↔ mobile — Qui se meut ou qui peut être mû, qui n’est pas fixe. (Sens général). |